Slechte weersomstandigheden laten graannoteringen stijgen
Deze week vertoont de wereldmarkt over het algemeen stijgende tarwenoteringen. Slechte weersvooruitzichten voor zomertarwe in Noord-Amerika en de voorspellingen in het recente rapport van USDA, waarin wordt uitgegaan van een productie van 47,5 miljoen ton (- 4,0 procent ten opzichte van 2020), vormen hiervan mede de oorzaak. Volgens het weekbericht granen van de RVO verloopt de oogst van wintertarwe, ondanks vertragingen vanwege regen, tamelijk voorspoedig. Regenval zorgt wel voor toenemende zorgen over de kwaliteit. De eerste oogstresultaten in Rusland waren teleurstellend. Voor SovEcon aanleiding haar verwachtingen met 2,3 miljoen ton te verlagen tot 82,3 miljoen ton (85,9 miljoen ton vorig jaar). De tarwe-inzaai in Argentinië loopt voor op vorig jaar. Dit ondanks regenachtig weer en overstromingen in de provincie Buenos Aires en droogte in het noorden en het centrale deel van Argentinië. Voor Australië verhoogde USDA de oogstverwachtingen tot 28,5 miljoen ton (33,0 miljoen ton vorig jaar) maar private analisten gaan uit van een hogere opbrengst.
Gerst
Stabiele tot lagere gerstnoteringen waarbij de internationale vraag naar Australische gerst daalde. Bovendien is China volgens het weekbericht granen van RVO meer gaan winkelen in Oekraïne vanwege meer concurrerende prijzen. In Oekraïne is inmiddels al 11 procent van het areaal geoogst met een gemiddelde opbrengst van ruim 3,75 ton/ha. In Canada nemen de zorgen toe door de extreme hitte en droogte. Turkije kocht 440.000 voergerst tegen 236 tot 242 dollar, terwijl Jordanië zich verzekerde van 60.000 ton gerst tegen 272 dollar en is bovendien nog in de markt voor nog eens 120.000 ton.
Mais
Over het algemeen lagere maïsnoteringen ondanks mindere weersvooruitzichten en een volgens USDA lagere prognose voor de oude oogst in de VS. Dankzij een hogere verwachting voor het seizoen 2021/22, waarvoor USDA een oogst voorziet van 385,2 miljoen ton (360,2 miljoen ton vorig jaar) bij een binnenlands verbruik van 313,5 miljoen ton, veerden de noteringen echter weer op. Daarnaast verwacht USDA met 63,5 miljoen ton een iets lagere export in vergelijking met vorig seizoen (72,4 miljoen ton) en met 36,4 miljoen ton een hogere eindvoorraad (27,5 miljoen ton vorig jaar). In Argentinië blijft de oogst, dankzij de natte omstandigheden, iets achter bij vorig seizoen. Echter de opbrengst per hectare van de laat ingezaaide arealen overtreft de verwachtingen. Voor Brazilië verlaagde Conab de verwachtingen met 3,0 miljoen ton tot 93,4 miljoen ton (102,6 miljoen ton vorig jaar). Verder verwacht een private partij voor de tweede oogst een lagere kwaliteit door de eerdere geschetste droogte- en vorstproblemen. Volgens voorlopige berichten exporteerde Rusland in het seizoen 2020/21 ongeveer 4,0 miljoen ton mais. Dit is 3 procent meer dan in het seizoen 2019/2020.
Spotnoteringen
De Europese graanbeurzen noteerden hogere spotnoteringen voor tarwe en gerst in Frankrijk en Duitsland. Dit onder invloed van de stijgende termijnnoteringen door de hevige regenval in Europa en de droogte in delen van Canada. In Parijs steeg de termijnnotering september 2021 voor maaltarwe ten opzichte van vorige week met 10,25 euro naar 209,50 euro en de termijnnotering december 2021 met 9,00 euro naar 210,50 euro. Voor maïs steeg de termijnnotering augustus 2021 met 3,00 euro naar 239,00 euro en de termijnnotering november 2021 met 5,00 euro naar 199,75 euro. In Rotterdam daalde de voertarwe naar 206 euro en voergerst naar 191,50 euro.
Im-/export
In de periode van 1 tot en met 11 juli 2021 voerde de EU in totaal 329.334 ton graan uit, waarvan 199.274 ton zachte tarwe en 102.192 ton gerst. In dezelfde periode werd 362.537 ton graan ingevoerd, waarvan 58.776 ton zachte tarwe en 278.537 ton maïs. De Europese Unie is in het seizoen 2021/2022 een netto importeur van 33.203 ton graan. In dezelfde periode vorig seizoen was de EU een netto exporteur van 518.510 ton.