FPG: Splits recht basispremie en uitbetaling
De FPG en Landelijk Vlaanderen zijn van mening dat de toekomstige hectaretoeslagen, in casu de basispremie, zoveel mogelijk direct op het boerenerf terecht dienen te komen. Op die manier wordt de agrarische ondernemer in staat gesteld om, zowel nu als in de toekomst, zowel kwalitatief als kwantitatief hoogwaardig voedsel te produceren en tegelijkertijd invulling te kunnen geven aan de maatschappelijke wensen op het gebied van dierenwelzijn, landschap, klimaat en een duurzamere productie.
Voorstel tot splitsing
Mede gelet op de grote diversiteit in de lidstaten stellen zij daarom voor om een splitsing aan te brengen tussen de toekenning van het recht op de basispremie en de feitelijke uitbetaling van dit recht. De basispremie dient ten goede te komen aan de daadwerkelijke en wetmatige gebruiker van de grond, onafhankelijk of deze pachter dan wel eigenaar is.
Eén en ander ziet er als volgt uit:
- Het recht om aanspraak te kunnen maken op de basispremie dient gekoppeld te worden aan de fysieke hectare en dus aan de eigendom van, of het zakelijke recht over, het agrarische perceel.
- De verzilvering van dit recht - en dus de uitbetaling van de basispremie - dient op haar beurt, uitsluitend gekoppeld te worden aan de daadwerkelijke gebruiker van het betreffende perceel. Dit is de eigenaar indien hij tevens gebruiker is, dan wel de contractuele pachter/gebruiker.
Beëindiging pachtsituatie
In het voorkomende geval dat een pachtsituatie wordt beëindigd, blijft zo het recht op deze basispremie verbonden aan de grond, maar vervalt het recht op uitbetaling. Het recht op uitbetaling wordt geactiveerd zodra de grond weer fysiek in agrarisch gebruik wordt genomen door de eigenaar-gebruiker of een nieuwe pachter. Zo wordt vermeden dat gronden zonder rechten zouden vallen bij het beëindigen van de pacht. Ongewenste handel in toeslagrechten, en als gevolg daarvan eventuele prijsopdrijvende effecten, worden hiermee eveneens voorkomen.