‘We waren verbaasd dat PvdD-amendementen als hamerstuk waren afgedaan’
De Eerste Kamer heeft juist de taak om de uitvoerbaarheid van nieuwe wetgeving te toetsen en dat is duidelijk met deze drie amendementen niet gebeurd. Anders waren er ongetwijfeld veel meer vragen gesteld. Het algemeen idee is nu dat de senatoren en ook de landbouwlobbyisten hebben geslapen en te weinig alert zijn geweest. Ook de Tweede Kamer heeft zich hier onvoldoende over gebogen en wellicht dat de sectorale belangenbehartigers te weinig aan de politiek duidelijk hebben kunnen maken dat de veehoudersector al lang bezig is om stappen te zetten in verbeterd dierwelzijn, zoals niet meer couperen van varkensstaarten, castratie van biggen en onbehandelde snavels bij kippen. De Producenten Organisatie Varkenshouderij (POV) noemt de amendementen voor meer dierenwelzijn van de PvdD 'onuitvoerbaar' vanwege de juridische hiaten en de te algemene formuleringen. Toch stemden de Eerste en Tweede Kamer in met de wetswijziging. POV-voorzitter Linda Jassen: "We zitten nu in een bijzondere situatie met een demissionair kabinet en vele politieke discussies. Het is niet gebruikelijke dat dergelijke amendementen worden ingediend. Hierdoor hebben partijen zich hoogst waarschijnlijk niet goed gerealiseerd wat deze amendementen inhielden en welke gevolgen deze zouden hebben. Wanneer er wederom een nieuw kabinet is en meer rust in de kamer, en kunnen kamerleden zich beter voorbereiden op dergelijke vraagstukken."
Niet goed opgepikt
GroenLinks senator Saskia Kluit antwoordt op de vraag waarom het als hamerstuk is behandeld: „Ik denk dat een aantal partijen een ander belang hechten aan deze uitvoeringskwestie dan de minister en dat een ander deel dit misschien niet goed heeft opgepikt? Zelf had ik een ander overleg, dus ik weet niet precies hoe het zit.” Normaliter wordt er veelal eerst een impact analyse over wetswijzigingen uitgevoerd, waarom dit niet voor de drie amendementen is gemaakt, voordat het naar de Eerste Kamer ging, weet Kluit niet: „Maar dat zou ook wel mijn voorkeur hebben gehad.”
Jeannette van de Ven, LTO Portefeuillehouder Gezonde Dieren, wil gaan kijken hoe de wetswijziging zo als hamerstuk naar de Eerste Kamer heeft kunnen gaan. LTO heeft dit amendement wel onder de aandacht van de senatoren gebracht en er ook op gewezen dat Schouten het onuitvoerbaar acht: „We hadden verwacht dat de Eerste Kamer er dan nog wel eens naar zou kijken", zegt een bron. „We waren dus ook verbaasd dat het als hamerstuk was afgedaan.”
Verbod bij calamiteiten
Verbazing was er ook over het gegeven dat onder meer politieke partijen in de Tweede en Eerste Kamer, die een positievere houding tegenover de veehouderij hebben, vóór de drie amendementen hebben gestemd. „Ik ben net als Joost Eerdmans ook vóór de amendementen”, geeft Jan Cees Vogelaar van JA21 aan. „Lees het amendement tekstueel goed door. Er staat minder verkeerds in dan in bijvoorbeeld de motie van Tjeerd de Groot destijds. Ik ben daarnaast voor de mogelijkheid om snel een fokverbod in te stellen bij een echte calamiteit. Dat zou in 1997 bij de varkenspest veel dierenleed en verkwisting van boerengeld hebben voorkomen. Maar helaas, het geheugen is kort. Verder is het ontwikkelen van de veehouderij naar systemen, die meer passend kunnen zijn op de natuurlijke eigenschappen van dieren, ook prima. Maar wel met gezond verstand. Dat geeft Eerdmans ook aan tegenover het NRC-Handelsblad.” Tegen NRC zegt Eerdmans dat hij wel 'radicaal'wil opkomen voor dieren, maar dat de veeteelt onmogelijk maken, dat is niet zijn bedoeling: „Het gaat mij om het letsel, de pijn. Je moet er niet in doordraven."
Analyse LNV
De status van de wetswijzing aangaande drie amendementen is echter nog even onduidelijk. Minister Schouten heeft de amendementen ontraden en gaat zich de komende tijd buigen of ze de wetswijziging wel wil implementeren. Het ministerie van LNV maakt momenteel een juridische analyse over een amendement van de PvdD en de uitslag van die analyse bepaald waarschijnlijk wat Schouten zal besluiten. Het zou evenwel voor de gemoedsrust beter zijn geweest dat deze analyse eerder was uitgevoerd. Naast de minister moet de koning nog wel een handtekening zetten, voordat de wet wordt gepubliceerd Inn de Staatscourant. Als het wetsvoorstel is aanvaard in de Eerste Kamer gaat het naar het Kabinet van de Koning voor ondertekening door de Koning. Vervolgens gaat het naar het ministerie waar de betrokken bewindspersoon ondertekent. Dit laatste is het zogenaamde 'contraseign'.