‘Voer vaarzen geen droogstandsbrok met anionische zouten’

Zucht komt veel voor bij vaarzen, maar ook wel bij oudere koeien. Zucht is een ophoping van vocht in het bindweefsel rond het klierweefsel in de uier. Koeien met zucht hebben een verminderde afvoer van vocht via bloed en het lymfesysteem in het snel groeiende uierweefsel. Omdat bij vaarzen de uier nog meer in ontwikkeling is, komt het bij deze diergroep het meest voor. Een grote biestproductie of snelle toename van melkproductie lijkt de zuchtvorming te verergeren. Ook een overmaat aan de zouten kalium en natrium dragen daar aan bij
Anionische zouten
Vaarzen de bijna moeten kalven worden meestal bij de droge koeien gehuisvest. Vaak krijgen droge koeien een speciale droogstandsbrok met anionische zouten (zwavel en chloor) die daarmee de opname van kalium en natrium in het bloed verdringen, waardoor de pH van de urine lager wordt. Bij een lagere pH wordt calcium uitgescheiden en blijft de calciumopname vanuit de botten actief. Dit voorkomt melkziekte.
Melkziekte komt bij vaarzen weinig voor. Vaarzen groeien nog, waardoor er actief calcium vrij blijft komen uit de botten. Toch krijgen vaarzen vaak de droogstandsbrok met anionische zouten gevoerd. De gedachte is dat daarmee de opname van kalium en natrium (zouten) wordt beperkt en daarmee ook de vorming van zucht. Provimi stelt echter dat anionische zouten waarschijnlijk geen en mogelijk tegengesteld effect hebben op de hoeveelheid zucht. Met het voeren van anionische zouten wordt een overmaat van kalium en natrium in het rantsoen niet aangepakt.
Negatief voor mineralenhuishouding
Speerstra uit Lemmer waarschuwt dat vaarzen voor het afkalven niet gevoerd mogen worden met een te lage kation-anion verschil (KAB). Oftewel teveel zwavel en chloor ten opzichte van kalium en natrium. Een droogstandsbrok heeft vaak een extreem lage KAB. Een lage KAB is voor vaarzen een belasting van het metabole systeem. Verder stelt Speerstra dat het negatief is voor de mineralenhuishouding, omdat bij een lage KAB ook andere mineralen als fosfor en magnesium worden uitgescheiden met de urine. De kans bestaat dat vaarzen dan met een chronisch mineralentekort aan de lactatie moeten beginnen, waardoor ze opbranden.