53 nieuwe plasdrasgebieden in Overijssel sinds 2019
Via het RVO hebben Collectief Noord-West Overijssel, Colleftief Midden-Overijssel en Coöperatie Gebiedscollectief Noordoost-Twente U.A. in totaal anderhalf miljoen euro ontvangen van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) en het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO). De regeling om via deze route nieuwe plasdrasgebieden aan te leggen voor de weidevogels is in zowel 2019 als 2020 opengesteld. De agrarische collectieven hebben zich beide keren aangemeld voor deze regelingen en de beide aanmeldingen zijn door de RVO goedgekeurd. De eerste regeling eindigt dit jaar (looptijd 2019-2021) en de tweede regeling loopt nog ruim een jaar (looptijd 2020-2022).
Met de anderhalf miljoen euro zijn er middelen beschikbaar gekomen om bijna 100 plasdrasgebieden in Overijssel aan te leggen. De eerste 53 hiervan zijn inmiddels aangelegd en het doel is om voor het eind van 2022 zo dicht mogelijk in de buurt te komen van de 100 plasdrasgebieden, zegt projectleider Esther Graaskamp.
Aanstekelijke werking
Volgens Graaskamp zijn de boeren erg enthousiast over het project. „Hoe het werkt, is dat we van tevoren een inventarisatie maken over waar er behoefte is aan plasdrasgebieden en welke boeren er mee willen doen. Vervolgens gaan de veldcoördinatoren erop uit om met de boeren te bespreken wat er precies mogelijk is. In sommige gebieden staan de boeren in de rij om een plasdras te realiseren, en dat is heel mooi om te zien. Juist omdat een stuk land onder water zetten toch nog wel een dingetje is, namelijk. Die boeren kunnen dan niet meer boeren op dat land. De voorlopers durven die stap wel te zetten, en wanneer de twijfelende boeren zien hoe goed de plasdrasgebieden werken, durven ze zelf die stap ook te maken. Het werkt aanstekelijk.”
De plasdrasgebieden die reeds zijn aangelegd verschillen in grootte. Want ook al zijn boeren bereid om een stuk land aan de vogels te wijden, vinden sommige boeren een hele hectare af te staan wat veel. „Ze variëren in grootte. De bandbreedte ligt tussen de 1.500 vierkante meter en een ha. Voor sommige plasdrasgebieden hoef je alleen een oever af te schuinen: een greppelplasdras. Of sommige gebieden ontstaan door alleen de toplaag te frezen.”
De plasdrasgebieden hebben allen een pomp nodig om ervoor te zorgen dat het water terechtkomt waar het moet komen. De meeste pompen die zijn aangelegd bij deze 53 gebieden werken op zonne-energie.
Resultaten
Volgens Graaskamp zijn er duidelijke resultaten zichtbaar, maar is het lastig om die resultaten in cijfers te vangen. „Het is moeilijk zeggen welke vogels in welke plasdrassen zitten. Het gaat om zoveel gebieden. We voeren wel analyses uit , maar het vergt zeer intensief onderzoek om de exacte aantallen in kaart te krijgen. Gemiddeld zitten er tien broedparen bij een plasdrasgebied. Ik ben toevallig van de week nog zelf wezen kijken, en toen kwam ik bij een plasdrasgebied met tien broedparen kieviten en nog wat grutto's en een tureluur. Maar er zijn ook gebieden die zelfs 20 broedparen hebben.”
Kruidenrijk grasland en rasters
De aanleg van plasdrasgebieden is niet de enige maatregel die in het kader van de weidevogelpopulatie wordt genomen. Naast plasdrassen worden ook vele percelen met kruidenrijk grasland verbeterd. Dit kan bijvoorbeeld door vernatting met een pomp, maar ook door het inzaaien van zaaimengsels voor kruidenrijk grasland. Hiervoor worden zaaimengsels gebruikt, die speciaal voor weidevogelkuikens zijn ontwikkeld. De kruiden uit deze mengsels trekken veel insecten aan, die voedsel vormen voor de weidevogelkuikens. Ook zijn de kruiden gezond voor het vee, dus ook voor de boer is dit aantrekkelijk.
Verder zijn er vele kilometers aan raster aangeschaft, waarmee bijvoorbeeld plasdrassen of andere percelen met veel broedende weidevogels uitgerasterd kunnen worden, zodat vossen niet bij de nesten kunnen komen. Ook zijn er rasters aangeschaft om afzonderlijke nesten uit te rasteren. Dit wordt vooral bij wulpen ingezet en verhoogt het uitkomstsucces van de nesten. Tot slot zijn er drie weidevogeldrones aangeschaft, waarmee nesten en kuikens opgespoord kunnen worden om ze zo beter te kunnen beschermen.