Drie honderdtonners in bedrijfsgroep

Op de keuring is al een aantal jaren bijzondere aandacht voor koeien met een hoge levensproductie. „Koeien die meer dan100.000 kgmelk hebben geproduceerd, lopen in een speciale rubriek en worden één voor één toegelicht”, aldus Machielsen, die zelf onderdeel uitmaakt van het bestuur. „Aanvankelijk dachten we dit jaar te weinig honderdtonners te hebben en daarom heb ik, naast de twee honderdtonners die ik al van plan was aan te melden, nog een reserve honderdtonner opgegeven. Achteraf bleek dat we toch weer negen aanmeldingen tegemoet konden zien.”

„Later kwam de vraag van een medebestuurslid of we van onze drie honderdtonners geen bedrijfscollectie (in Etten-Leur telt deze altijd drie koeien, red.) konden samenstellen. Ik heb toen gekeken of ze bij elkaar pasten en dat leek goed. Alle drie koeien zijn niet te groot, hebben beste benen en wat ruimere uiers”, aldus de veehouder, die uit een nog groter potentieel kon kiezen.

„Tot voor kort hadden we zeven honderdtonners, maar eentje is onlangs gesneuveld. De andere drie hebben een te grote of onkante uier”, verklaart de veehouder, wiens bedrijf tot dusver 14 honderdtonners heeft voortgebracht. Eén daarvan wist de barrière van10.000 kgvet en eiwit te slechten.

Coulance ten aanzien van uiergezondheid

Samen met zijn vrouw Anne-Marie en vader Ad melkt Corné 140 koeien op een grondareaal van69 hectare, waarvan6 hectarepacht en9 hectarenatuurland. De dieren zijn gehuisvest in een inmiddels vrij volle stal van ruim dertig jaar oud. „Voor de quotering in 1984 molk mijn vader al 120 koeien, dus het aantal koeplaatsen is nog wel toereikend. Alleen de maatvoering wordt wat krap”, aldus Corné.

Desondanks moeten de honderdtonners zich zien te redden in de koppel, want een voorkeursbehandeling is niet aan de orde. „Alleen na het afkalven houden we zulke koeien een paar dagen langer in een strohok.” Dat er relatief veel honderdtonners op het bedrijf zijn, is volgens de veehouder een combinatie van geluk en coulance. „Het is deels geluk natuurlijk, want je moet de koeien toch iedere keer maar weer drachtig zien te krijgen.”

Coulant blijkt de veehouder ten aanzien van de uiergezondheid. Van de drie honderdtonners die naar de keuring gaan, kampen er twee met een slechte uiergezondheid. „Clara 590 (Cash x Leaf x Bea Sheik) had vorig jaar twee keer een E.coli-mastitis en daarvóór was ze net geïnsemineerd. Toch bleek ze drachtig. Als ze dat niet was geweest, was ze vertrokken”, illustreert de veehouder de soms dunne scheidslijn tussen wel of geen levensproductie van meer dan100.000 kgmelk.

Dora 442 recordproducente

„De beide Cash-dochters hebben een hoog celgetal en regelmatig uierontsteking”, vertelt Corné, die aangeeft dat het voor hem geen directe aanleiding is de honderdtonners af te voeren. „Veel Cash-dochters zijn hier weggegaan vanwege de uiergezondheid.” Dora 442 (Manfred x Lord Lily x Tops) blijkt het tegenovergestelde. De recordproducente had nog nooit uierontsteking en won vorig jaar nog de UGCN-uiergezondheidsprijs in Etten-Leur. De pas tien jaar oude koe wist in slechts vijf lactaties de100.000 kgmelk vol te maken en produceerde inmiddels al ruim120.000 kgmelk.

„Op haar top produceert ze70 litermelk per dag en nu, meer dan een jaar na afkalven, geeft ze nog steeds40 liter.” Met haar lage gehaltes is de grens van10.000 kgvet en eiwit voor Dora 442 nog ver weg. Voor de bijna 13-jarige Dora 395 (Cash x Celsius x Tops) ligt dat met inmiddels 9.687 geproduceerde kg vet en eiwit anders. Voor haar vormt de vruchtbaarheid een obstakel, alhoewel ze ‘nog in haar drie weken zit’. Mocht de koe desondanks niet drachtig zijn, dan wil Machielsen net als vorig jaar gebruikmaken van een ‘laatste kans embryo’. Dora 395 is de enige van de drie, waarvan Machielsen dochters melkt.

„Vanwege haar lage lactatiewaarden en matige uiergezondheid insemineerden we Clara 590 altijd met sperma van Belgische Blauwe stieren. Pas de laatste jaren insemineren we haar met Holstein-sperma.”

Blaarkop-kruislingen doen het goed

„Van Dora 442 hadden we een goede Dynasty-dochter, maar zij is helaas gesneuveld. Er loopt nog wel een Blaarkop-kleindochter”, aldus de veehouder, die Blaarkop-stieren inzet op koeien die niet drachtig willen worden. „De Blaarkop-kruislingen doen het prima. De productie is iets lager, maar ze brengen wel elk jaar een kalf en de kinderen vinden dat ze een mooie aftekening hebben.”

Machielsen zegt op productie, uiers, benen en capaciteit te fokken en gebruikt het Alta-paringsprogramma als hulpmiddel. Stieren die worden gebruikt zijn Cricket, Support, Bertil, Peinzer Boy en Zesty en voor wat ‘showexterieur’ soms Canadees sperma. Corné Machielsen gelooft niet dat uitgekiende stierkeuzes of paringen aan de basis staan van zijn resultaten, of in engere zin zijn bijzondere bedrijfscollectie. „De beste koeien fok je niet, maar die worden geboren. Twee van de drie honderdtonners komen zelf uit een pink.”

BEDRIJFSGEGEVENS

Corné Machielsen nam met drie honderdtonners deel aan de Wintershow West-Brabant in Etten-Leur en melkt samen met zijn vrouw en vader in Prinsenbeek 140 koeien.

Datum: dinsdag 26 januari 2010

Tijd: 13:30 tot 15:00 uur

Koffie: Corné drinkt altijd thee

Rollend jaargemiddelde:10.200 kgmelk met 4,17% vet en 3,47% eiwit

Quotum:1.370.000 kgmelk

Rantsoen: gras, maïs, bierbostel, perspulp, maïskolvenschroot en een eiwitmengsel via een doseerwagen, daarnaast maximaal7 kgkrachtvoer