Sinds MKZ-epidemie 2001 is veel verbeterd
12 juni 2003. Ruim twee jaar na de MKZ-crisis besluit de Europese Raad van landbouwministers akkoord te gaan met een nieuwe richtlijn voor de bestrijding van mond- en klauwzeer (MKZ). Noodvaccinatie is voortaan toegestaan bij een uitbraak. De gevaccineerde dieren mogen blijven leven tot het moment dat ze normaal gesproken worden afgevoerd naar de slacht.
Het vlees van deze dieren kan onder voorwaarden op de Europese markt worden afgezet. Door deze nieuwe richtlijn is het niet langer nodig om gezonde, gevaccineerde dieren te ruimen, zoals bij de vorige MKZ-crisis nog het geval was.
Preventief vaccineren
Dit besluit lijkt een doorbraak, maar tot op de dag van vandaag zijn er geen garanties of het ook daadwerkelijk mogelijk zal blijken om daarmee een langdurige dramatische prijsval te voorkomen. CDA Tweede Kamerlid Henk Jan Ormel, die zich in 2002 kandidaat stelde voor de Tweede Kamer uit woede over het non-vaccinatiebeleid, is er niet gerust op. Het heeft zijn voortdurende aandacht vaccinatie tegen MKZ in zoveel mogelijk landen geaccepteerd te krijgen.
Wat hij vreest, zegt collega-dierenarts Arie Plaisier (gepensioneerd) hardop. De MKZ-crisis staat bij hem tien jaar later, net als bij zoveel anderen, nog op het netvlies gebrand. In een brochure ter toelichting van de expositie ‘MKZ 10 jaar, hoe het was’, schrijft hij: ‘Voor toepassing van preventieve vaccinatie, zoals bij de bestrijding van de ziekte van Aujeszky bij varkens, heeft men tot nu toe geen draagvlak kunnen vinden.
Niet exporterende landen zijn weinig geïnteresseerd in modernisering van de wetgeving. Wel exporterende landen zien het als een probleem voor het getroffen land zelf, ter bescherming van hun eigen markt. Totdat zij zelf mogelijk getroffen worden. Importerende landen oefenen ook geen druk uit, zij beweren alleen beducht te zijn voor de import van het virus via dieren of producten. Nederland staat dus redelijk alleen.’
Geen garanties
Maar de Nederlandse supermarkten zijn toch bereid vlees en zuivel van gevaccineerde dieren af te nemen? Is Plaisier op de hoogte van de meest recente ontwikkelingen? Zijn reactie: „Als je me kunt overtuigen dat het anders ligt, dan laat ik me graag op andere gedachten brengen.” Een belronde langs verschillende betrokken partijen leert dat garanties niet kunnen worden gegeven.
Het vernieuwde Diergezondheidsfonds voorziet in een inkomenscompensatie voor bedrijven waar noodvaccinatie is toegepast en het vee in leven blijft. Maar wel met een gelimiteerd bedrag. De sector zelf heeft een te beperkte financiële slagkracht om inkomensdaling te compenseren.
FrieslandCampina-bestuursvoorzitter Kees Wantenaar benadrukt de rol van de retail en de consument. Hun acceptatie is cruciaal. Ook LEI-directeur Ruud Huirne, die in 2001 de economische schade van de MKZ-crisis schatte op één miljard euro, durft zijn handen er niet voor in het vuur te steken. Hij wijst op de gemoderniseerde bestrijdingsaanpak: „Door vanaf dag 1 te vaccineren, kan de uitbraak zoveel mogelijk worden beperkt en daarmee ook de economische gevolgen.”
Nog steeds ruimen
Uit het in 2005 vernieuwde MKZ-draaiboek blijkt dat er bij een besmetting eerst een stand-still periode van 72 uur in acht genomen wordt. De besmette dieren worden in die periode geruimd, evenals alle andere bedrijfsmatig gehouden evenhoevigen in een straal van één kilometer rondom de haard. In 2001 bedroeg de straal aanvankelijk twee kilometer.
Weliswaar is de cirkel dus gehalveerd, maar het beeld van grootschalige ruimingen zal blijven bestaan. Net als in 2001 worden er toezichtgebieden ingesteld en na 72 uur kan noodvaccinatie worden toegepast. Ruimen van gevaccineerd vee is niet meer nodig, maar uitgesloten is het ook niet. Dat hangt af van de omvang van de epidemie.
Voor voormalig LNV-minister Gerda Verburg kwam in2007, inhet begin van haar ambtsperiode, het rampscenario akelig dichtbij, toen er in Engeland uit een laboratorium levend MKZ-virus ontsnapte. Tot dusverre is die gebeurtenis de meest dreigende situatie geweest sinds de dramatische epidemie in 2001.
Import van vee blijft een groot risico. Door de uitbreiding van de Europese Unie richting Oost-Europa komen regio’s waar MKZ in de vrije natuur voorkomt, door veetransporten makkelijker in contact met ons land dan voordien. Deze maand nog werd een transport van kalveren uit Bulgarije opgeschort, omdat in het zuidoosten van dat land in een dorp een MKZ-besmetting is geconstateerd. Nu het weideseizoen weer begint, vormt ook de import van weidevee uit de Balkan een risico.
Veel veranderd
Maar de Nederlandse autoriteiten zitten er bovenop. Er wordt klinisch gecontroleerd, er gelden uitgebreide hygiëne- en quarantainemaatregelen en het internettijdperk zorgt voor snelle en wijdverbreide communicatie. Ook het opsporen van MKZ-besmetting via het bloed kan veel sneller, dankzij DNA-technieken.
Sector en overheid hebben zeker hun lessen getrokken sinds de MKZ-epidemie van 2001. Hoe gewraakt ook, de 21 dagen regeling rondom de aan- en afvoer van vee is nog steeds van kracht en het fenomeen van de veemarkten, gewenst vanwege de transparantie in de prijsvorming, verdwijnt steeds meer naar de achtergrond.
De zogenaamde ‘spaghettistructuur’, een wirwar van contacten tussen een veelheid van bedrijven onderling, raakt steeds meer ontrafeld, ook al om dat het aantal veebedrijven jaar op jaar afneemt.
Geen strafkortingen
Mocht het desondanks nog tot een uitbraak komen, dan zal de overheid er ongetwijfeld zo veel mogelijk aan doen om zo min mogelijk weerstand op te roepen. De melkgeitensector heeft bij de Q-koorts ruimingen begin vorig jaar gemerkt dat de ‘macht op het erf niet langer door de overheid wordt overgenomen’, vertelt ZLTO-vakgroepvoorzitter Jeanette van der Ven uit Oirschot (N.-Br.).
„Je kon echt merken dat ze probeerden samen met de veehouder de onvermijdelijke werkzaamheden op te lossen. Veehouders hielden zeggenschap over hun eigen bedrijf.” Er hoeft ook niet meer te worden gevreesd voor strafkortingen vanwege het niet op orde hebben van de administratie.
In 2001 legde toenmalig minister Brinkhorst sommige bedrijven aanvankelijk strafkortingen van 30 procent op. Later verminderde hij die bedragen, door de Tweede Kamer daartoe gedwongen. Van der Ven heeft geen klachten vernomen over controles en strafkortingen, al heeft het wel lang geduurd alvorens een deel van de geruimde geitenhouderijen hun toegezegde schadevergoeding uitbetaald kreeg.
Tekst: Erik Colenbrander
Ervaren freelance vakjournalist (52), opgeleid als ingenieur melkveehouderij en van jongs af aan gefascineerd door de boerenwereld en in het bijzonder de melkveehouderij en het weer. Met veel plezier richt ik me de laatste jaren ook op de akkerbouw, in het kader van een 'leven lang leren'.
Tekst: Paul Henk Loonstra
Beeld: Ellen Meinen, Susan Rexwinkel