Kritieke opbrengstprijs euro omhoog

De stijging komt vooral voor rekening van de gestegen ruwvoerkosten, vertelt bedrijfsadviseur Erik van Gorp. Boeren hebben vanwege de droogte extra voer moeten aankopen, of zijn ingeteerd op de voorraad. Ook zijn er gemiddeld genomen iets meer kosten gemaakt voor het leasen van fosfaatrechten.
De stijging van de kritieke opbrengstprijs wordt nog gedeeltelijk opgevangen door een stijging van het saldo uit neventakken. Dit geeft aan dat er in toenemende mate sprake is van verbreding op melkveebedrijven. Vooral boerencampings en boerderijwinkels hebben het afgelopen coronajaar een goed jaar gedraaid, aldus Van Gorp.
Niettemin is de gemiddelde opbrengst over 2020 vrijwel gelijk aan de kritieke opbrengstprijs. Maar, zo tekent Van Gorp aan, daarbij heeft ABAB de volledige aflossingsverplichting meegerekend. Veel bedrijven hebben gebruik kunnen maken van een half jaar uitstel van aflossingen, waardoor er wat meer liquiditeitsruimte ontstond.
Melkprijsdaling
Het bedrijfsresultaat werd in 2020 sterk beïnvloed door de daling van de melkprijs, met 7 à 8 procent ten opzichte van 2019. Daarbij nam het gemiddelde aantal koeien met circa 5 dieren toe tot 123 stuks. De totale melkproductie steeg hierdoor met 45.000 kilogram per bedrijf. Volgens ABAB is het opvallend dat de trend van een stijging van de gemiddelde melkproductie per koe, die de afgelopen jaren steeds doorzette, in 2020 is gekeerd. De productie daalde met gemiddeld 0,4 procent naar 9.353 kilo melk per koe.
Dat kan te maken hebben met de sterk gestegen krachtvoerprijzen in 2020. Er is daardoor iets zuiniger gevoerd; gemiddeld daalde het mengvoerverbruik per koe met circa 100 kilo. Daardoor is de stijging van de totale krachtvoerkosten beperkt gebleven tot 15 euro per koe.
Koesaldo per fosfaatrecht
ABAB kijkt ook naar het kengetal 'koesaldo per fosfaatrecht'. Dat zegt iets over het rendement en de efficiëntie vaan het bedrijf. Onder invloed van de gedaalde melkprijs is ook dit kengetal gedaald van 47 naar 44 euro in 2020. Echter, wanneer ABAB voor het melkprijseffect corrigeert, is het koesaldo per fosfaatrecht verbeterd. Dit kan voortkomen uit een adequatere fosfaatplanning, of uit een toenemend gebruik van externe jongveeopfokkers. Niettemin is de totale jongveebezetting met gemiddeld 57 procent gelijk gebleven.

Tekst: Gineke Mons
Gineke Mons (1970) groeide op op een biologisch melkveebedrijf in Gelderland. Na haar studie journalistiek werkte ze 13 jaar bij het Agrarisch Dagblad. Sinds 2008 is ze freelance (landbouw)journalist, met het accent op veehouderij en diergezondheid.
Beeld: Agrio archief
Bron: ABAB