20% hoger eiwitgehalte in mais mogelijk met stokbonen
De veevoercoöperatie biedt een zaadmengsel aan in een verhouding van 60.000 maiskorrels en 40.000 bonen per hectare. Gezien de trend naar meer eiwit van eigen land wordt er belangstelling verondersteld, net als voor maisrassen die toegelaten zijn voor de biologische melkveehouderij. Ook voor deze doelgroep is de mengteelt van mais en stokbonen geschikt.
Niet in april zaaien
Het zaadmengsel kan worden gezaaid met een traditionele maiszaamachine. Wel is het van belang niet te vroeg te zaaien, omdat de stokboon gevoeliger is voor nachtvorst dan snijmais en een hogere bodemtemperatuur nodig heeft om te kiemen. In de snijmaisteelt is het een trend om op snel opwarmende zandgrond al in de tweede helft van april te zaaien. Maar in mengteelt met stokbonen geldt begin mei als het meest geschikte zaaimoment.
Chemische onkruidbestrijding in het gewas is door de aanwezigheid van de stokbonen niet meer mogelijk. Daarom raadt AgruniekRijnvallei een bespuiting met een bodemherbicide aan , enkele dagen na inzaai. De mengteelt is niet alleen mogelijk op snel opwarmende zandgrond. Ook op klei en veen is mengteelt mogelijk, zo blijkt uit proeven van adviesbureau DLV in Friesland.
Rassenkeuze bonen
Wel vergt de mengteelt van snijmais en stokbonen een hogere pH . Sowieso bevordert een optimale pH de opname van voedingstoffen en is er een duidelijk verband met opbrengst, maar dit geldt zeker voor stokbonen. De keuze van het ras stokbonen is heel belangrijk, benadrukt DLV. Het ideale stokbonenras bedekt de grond snel zodat het onkruid wordt onderdrukt en groeit daarna snel tegen de maisstengels op, die de stokbonen in ontwikkeling voor moeten blijven. Stokbonen rassen die al in augustus afrijpen zijn niet geschikt voor mengteelt