Gemiddeld 28% minder ammoniakemissie met krijt op meststrook
Dit blijkt uit een onderzoek van het Nutriënten Management Instituut (NMI) op basis van lab- en veldproeven. Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van ZuivelNL, Slootsmid en Kreco, de leverancier van de krijtsuspensie (Calhix).
Triple-Spray
Het onderzoek werd uitgevoerd in 2019 en 2020 op venig grasland in Rhenen. Uit laboratoriumonderzoek bleek dat een mengverhouding van 0,7 kuub water en 0,35 en 0,7 kuub krijtoplossing de laagste ammoniakemissies gaven. Daarop volgden drie veldproeven die werden uitgevoerd met de Triple-Spray bemester van Slootsmid. Dit werd vergeleken met standaard zodebemesten. De mestgift was 20 kuub per hectare. Daarbij werd in totaal ruim 1 kuub water met krijtoplossing op de meststrook gespoten. Dit komt overeen met ruim 200 neutraliserende waarde, een kengetal wat gebruikt worden bij het bekalken van de grond effect op de zuurtegraad van de grond. Ook werden strookjes bemest met krijtoplossing die eerst door de mest werd gemengd. Dit had weinig effect op de ammoniakemissie.
Zeven behandelingen
Over de drie meetrondes zijn zeven behandelingen met krijtoplossing uitgevoerd. Bij vijf van de zeven metingen bleek ammoniakemissie lager. Eén meting liet geen verschil zien en bij één meting was de ammoniakemissie met het sproeien van een krijtoplossing hoger. Gemiddeld lag de emissiereductie op 28 procent met het toedienen van krijt ten opzichte van standaard zodebemesten.
Borging
Doordat de krijtoplossing goed zichtbaar is op de meststroken (de meststrook krijgt een meer grijze kleur), voorzien de onderzoekers dat borging goed mogelijk is. De machine kon nog iets beter afgesteld worden om beter te doseren. De techniek kan ook op de zodebemester toegepast worden en biedt daarom ook breder perspectief. De onderzoekers verwachten bij zodebemesting een forse emissiereductie mogelijk van tussen de 25 en 50 procent.
Krijt en drijfmest
Bij bekalking is het standaard advies om dit niet vlak voor of vlak na een drijfmestgift te doen. Bij standaard kalksoorten leidt dit namelijk tot verlies van stikstof. Volgens onderzoeksleider Wim Bussink is dit proces helemaal afhankelijk van het type kalk. In dit onderzoek is daarom bewust gekozen voor krijt. Dat bestaat ook uit calciumcarbonaat (CaCO3) maar heeft deels ander fysische eigenschappen. „De fijnheid van de krijt speelt een belangrijke rol. Deze krijt is zo fijn dat ze een groot specifiek oppervlak heeft waarop ammoniak kan adsorberen daarnaast bevat het een waterfilm. Door de krijt op de meststrook te plaatsen adsorbeert het dus ammoniak op het krijtoppervlak en samen met het water vormt het ook nog iets van een fysieke barrière. Hier moet de ammoniak doorheen voordat het de lucht in gaat. Verder betreft het kleine hoeveelheden en zijn er geen heel duidelijk aanwijzingen dat calciumcarbonaat de emissie uit mest doet stijgen. Dat is een complex chemisch verhaal wat met evenwichten te maken heeft”, aldus Bussink
Tekst: Sjouke Jacobsen
Begon na de HAS zijn loopbaan in de fokkerij en veevoedingsbranche. Sinds 2014 werkzaam voor Agrio, vanaf 2022 als freelance vakredacteur. Benut zijn praktijkervaring in de melkveehouderij voor Melkvee.nl en Vakblad Melkvee.
Beeld: Verantwoorde Veehouderij