‘Drogestofpercentage te beperkt voor bepalen hoeveelheid water toevoegen aan rantsoen’
Op basis van resultaten van eigen onderzoek, heeft ForFarmers het wateradsorberend vermogen van alle voedermiddelen bepaald. Met de zogenoemde AdsorptieCapaciteit (AbC-aanpak) wordt berekend hoeveel water er aan het rantsoen toegevoegd moet worden.
ForFarmers stelt dat het wateradvies bij het ene rantsoen wel dubbel zoveel kan zijn ten opzichte van een ander rantsoen met hezelfde drogestofpercentage. „Bietenpulp en sojahullen nemen bijvoorbeeld meer water op dan raapschroot, en graskuil neemt meer water op dan mais. Doordat iedere kuil een andere samenstelling heeft, berekenen we de AbC ook voor iedere gras- en maiskuil”, aldus Bertho Bosweger, innovatiemanager rundvee.
Het uiteindelijke doel van het toevoegen van water is het tegengaan van selectie. Door voldoende ‘plak’ te creëren blijven grondstoffen beter aan het ruwvoer kleven en kunnen koeien nauwelijks selecteren. Dit resulteert in een stabielere pens-pH en een betere benutting van het voer.