Werkgelegenheid in zuivelindustrie fors toegenomen
In de jaarrapportage van NZO, getiteld ‘Zuivel op hoog niveau’, wordt de nadruk gelegd op het economisch belang en de kwaliteit van de Nederlandse melkveehouderij en de zuivelindustrie.
Weliswaar omvat de bijdrage van de zuivelsector aan de Nederlandse economie niet meer dan 1 procent, maar uitgedrukt in termen van handelsoverschot (verschil tussen export en import) is de bijdrage veel groter, namelijk 7 procent. De werkgelegenheid in de melkveehouderij stabiliseerde sinds 2010 op ongeveer 35.000 arbeidsplaatsen. In de zuivelindustrie steeg de werkgelegenheid van 9700 arbeidsplaatsen in 2010 naar 13.800 in 2019 (uitgedrukt in fte’s).
Veel meer verwerkte melk
NZO woordvoerder René van Buitenen constateert op basis van deze cijfers dat de werkgelegenheid in de melkveehouderij redelijk stabiel te noemen is, ondanks het gestaag afnemend aantal melkveebedrijven. “Tegelijkertijd nemen de melkveebedrijven in omvang toe, waardoor meer ‘vreemde’ arbeid buiten het gezin nodig is.”
Een mogelijke verklaring voor de toegenomen werkgelegenheid in de zuivelindustrie is volgens Van Buitenen de sterk gestegen hoeveelheid verwerkte melk ten opzichte van het quotumtijdperk. In 2012 werd bijna 12 miljard liter melk verwerkt door de zuivelindustrie, in 2019 bijna 14 miljard, na een niveau van bijna 14,5 miljard liter te hebben bereikt in 2016 Een stijging van 15-20%. Van Buitenen: “De cijfers van het aantal fte’s in de industrie betreft overigens niet alleen het fabriekspersoneel, maar ook het administratieve personeel op kantoor. Wellicht dat daar ook een stijging heeft plaatsgevonden, omdat de extra productie vermarkt moet worden.”
Meer fabrieken
Na decennia van consolidatie en samenvoegingen in de zuivelindustrie is de afgelopen jaren een aantal nieuwe fabriekslocaties is ontstaan, met name in Noord-Nederland. Ook dat heeft waarschijnlijk gezorgd voor extra werkgelegenheid in de zuivelindustrie, denkt Van Buitenen.