Gemengde reacties sector op nieuw mestbeleid
LTO Nederland komt tot de conclusie dat er vooral nieuwe bureaucratische ingrepen op het erf gepresenteerd zijn, en dat er niet is geluisterd naar de sector en het niet tot een dialoog is gekomen. „Er staan veel veranderingen aan te komen die weinig resultaat zullen hebben", aldus Claude van Dongen, portefeuillehouder Bodem en Water
De landbouworganisatie mist erkenning voor de diversiteit in de sector. „Met deze Kamerbrief wordt ondernemers geen handelingsperspectief geboden om aan verschillende doelen te werken. Bijvoorbeeld op het gebied van klimaat en biodiversiteit. De minister blijft hangen in het oude adagium ‘mestbeleid’, in plaats van te kijken naar ‘bodembeheer’. Dit mestbeleid betekent dan ook in dat het mestgebruik sterke beperkingen opgelegd worden. De minister zet sterk in op mestbewerking, terwijl in de praktijk het gebruik van onbewerkte mest in een aantal gevallen van grote waarde is. Ook is met dit voorstel het gebruik van eigen mest op eigen grond in sommige gevallen niet meer mogelijk. Daar zijn wij op tegen.”
Volgens LTO wordt met deze aanpak gekozen voor een structuurbeleid. „Hiermee wordt de suggestie gewekt dat we via deze algemene aanpak de waterdoelen gaan behalen. De oplossing moet juist worden gezocht in het realiseren van concrete doelen voor ondernemers, en daarmee het perspectief in het handelen van de ondernemer. Ondernemers moeten zelf inzicht krijgen in de relatie tussen de bedrijfsvoering en de doelen, om zo in de eigen bedrijfsvoering aan deze doelen te werken. Hiermee wordt het vakmanschap in de sector benut voor het creëren van draagvlak voor de te nemen stappen. Dat missen wij nu.”
NMV: Akkerbouw grootste slachtoffer
„De akkerbouw wordt het grootste slachtoffer van de visie van het mestbeleid van Schouten”, stelt Harm Wiegersma, voorzitter van de Nederlandse Melkveehouders Vakbond (NMV). „Mest die ze ontvangen, moet dan straks worden aangevoerd binnen een straal van 20 kilometer, dat zou van tafel moeten. En niet-grondgebonden melkveebedrijven moeten straks alle mest afvoeren.”
Wiegersma vraag zich af of de visie van Schouten betekent dat koeien dan ook niet meer kunnen weiden, als een melkveebedrijf niet-grondgebonden is. „Als ze alle mest moeten afvoeren, moeten ze dan ook de koeien opstallen?" Hij vindt het vreemd dat dergelijke bedrijven dan niet alleen de overtollige mest moeten afvoeren, maar werkelijk alle mest.
Het hele stelsel komt volgens de NMV-voorzitter 15 jaar te laat. „Als ze dit hadden ingevoerd na de afschaffing van de melkquotering, dan hadden we dat hele fosfaatrechtenstelsel niet hoeven te hebben. Dat heeft heel veel geld gekost en heel veel pijn veroorzaakt.”
Wiegersma erkent dat het er nu op lijkt dat de minister/LNV voor het eerst naar de praktijk wil luisteren. „Ja, dat klopt, maar we zijn op dit moment binnen de Duurzame Zuivelketen ook al in gesprek met de minister. Daar ligt óók een notitie Grondgebondenheid, maar daar staat toch wat anders in dan waar de minister nu mee komt. Het strookt niet met elkaar.”
In z’n algemeenheid betitelt de NMV-voorman het beleid van minister Schouten als ‘warrig’. „Het is rommelig, er wordt van alles overhoop gehaald, ook met stikstof. Ik mis de samenhang in het hele gebeuren. En de boeren worden in haar beleid geslachtofferd.”
'Ze willen van de boeren af'
Ook Sieta van Keimpema, voorzitter van de melkveehoudersorganisatie Dutch Dairymen Board, hekelt de nieuwe plannen van de minister. „Als je als boer een paar hectare te kort komt, moet je straks álle mest afvoeren. Nou, dat heeft met kringlooplandbouw weinig meer te maken", foetert ze.
Schouten stuurt er op aan dat niet-grondgeboenden boeren dan hun mest laten bewerken, en verwolgens in bewerkte vorm weer inzetten op hun eigen bedrijf. „Dat betekent dat er heel veel extra stikstof wordt uitgestoten, vanwege alle extra transportbewegingen, en ook door het bewerken van de mest. Ik vind dit net zo'n wonderlijk besluit als die 20-graden regeling voor mestuitrijden bij derogatie."
„En het is wéér een generiek beleid, 'one size fits all'", zegt Van Keimpema hoofdschuddend. „Terwijl de minister zelf zegt dat de melkveehouderij heel erg divers is."
„Ze gaat ook totaal voorbij aan alle innovatieve ontwikkelingen die er zijn, zoals het beluchten van mest. Bij die proeven is LNV ook betrokken; beluchte mest gaat niet rotten en daar komt dus ook geen ammoniak bij vrij. Hetzelfde geldt voor het gebruik van additieven, veelal gemalen steensoorten, als toevoegmiddel in de mest. Ook daar wordt niet naar gekeken. Als je op je eigen bedrijf de mest kunt beluchten, of bewerken met additieven, dan blijft de mest waar die hoort, en heb je ook al die transportbewegingen niet."
Dat wat de landbouwminister voorstaat, werkt wederom alleen maar kostenverhogend, aldus de DDB-voorzitster. „Een verdienmodel voor de boer zit er niet in. Het is een kwestie van ontmoedigen: men wil gewoon van de boeren af zodat er grond vrij komt voor woningbouw, natuur en zonneparken."
Netwerk Grondig: ‘Goed gelobbyd’
Netwerk Grondig is erg blij met de richting die het ministerie op wil met het nieuwe mestbeleid. „Het is fijn dat wij input konden geven. We zien onze inspanningen beloond in de keuze om de melkveehouderij volledig grondgebonden te maken. Daarmee komt ons doel steeds dichterbij”, laat Diana Saaman van Grondig weten.
Grondig kan niets ander concluderen dan dat ze goed hebben gelobbyd. Volgens Saaman zouden ook andere partijen dit voorstel moeten omarmen. „De LTO heeft zelf in 2013 een grondgebondenheidsvisie gepresenteerd. Dan moet je dat spoor ook blijven volgen.”
Netwerk Grondig blijft de ontwikkelingen kritisch volgen. „Er zal een definitie grondgebondenheid komen. We hopen niet dat die dusdanig opgerekt wordt dat er alsnog ruimte komt voor intensieve melkveehouderij. Buurtcontracten tot 20 kilometer is prima, maar de mest en het voer hoeft ook niet verder weg. Dan is grondgebondenheid als definitie niet meer uit te leggen”, aldus Saaman
Tekst: Sjouke Jacobsen
Begon na de HAS zijn loopbaan in de fokkerij en veevoedingsbranche. Sinds 2014 werkzaam voor Agrio, vanaf 2022 als freelance vakredacteur. Benut zijn praktijkervaring in de melkveehouderij voor Melkvee.nl en Vakblad Melkvee.
Tekst: Gineke Mons
Gineke Mons (1970) groeide op op een biologisch melkveebedrijf in Gelderland. Na haar studie journalistiek werkte ze 13 jaar bij het Agrarisch Dagblad. Sinds 2008 is ze freelance (landbouw)journalist, met het accent op veehouderij en diergezondheid.
Beeld: Agrio archief