Grotere verschillen in afrijping snijmaïs
Volgens manager Jos Groot Koerkamp van Limagrain zijn de eerste rassen op de proefvelden van het zaaizaadbedrijf in het Brabantse Wouw de 30 procent droge stof gepasseerd. „Volgende week zijn er proefvelden bij die richting de 34 tot 35 procent doge stof gaan.” Hij verwacht dat de maïsoogst in het zuiden over twee weken los gaat. „Je ziet wel dat de rassen heel verschillend reageren op de droogte. Daardoor treedt het afrijpingsproces bij het ene ras veel sneller in dan bij het andere.”
Ook in de Achterhoek en Twente gaat het volgens Groot Koerkamp hard. Dit heeft volgens Koerkamp ook te maken met de rassenkeuze. „Je ziet zowel in het zuiden als het oosten ook steeds meer vroegere rassen vanwege de 1 oktober-regel met betrekking tot het vanggewas.”
Dat het afrijpen op sommige plaatsen al vroeg in zou zetten, bleek wel uit de vroege bloei op een aantal plaatsen. In het noorden lag de bloeitijd weken later. Specialisten merken op het afrijpen op de zandgronden in Oost- en Zuid-Nederland altijd wel voor loopt in vergelijking met de rest van het land, maar dit jaar is het verschil wel extremer.
‘Beste maïs’
Teeltadviseur Teo Wijbenga van Hoogland B.V. in Leeuwarden ziet dit jaar ‘hele beste’ maïs, ook in de meest noordelijke regio’s. „Het warme weer heeft de maïs goed gedaan. Wij hebben hier in het noorden op de meeste plekken steeds op tijd water gehad.” Toch denkt Wijbenga niet dat de hakselaar vroeger het land op gaat dan andere jaren. „Het afrijpingsproces is net een beetje ingezet. Ik denk dat het op veel plaatsen toch wel oktober wordt voordat de maïs goed rijp is.”
Harde wind
De harde wind van afgelopen woensdag heeft niet voor hee veel schade gezorgd. Hier en daar zijn vanuit het oosten van het land wat meldingen van deels platgewaaide maïs. Groot Koerkamp weet twee gevallen in Zeeland, waarvan één van de percelen er al heel slecht voor stond.