Melkkoeien met een laag celgetal geven meer melk
Een laag celgetal levert meer melk op en verlaagt de infectiedruk van koegebonden bacteriën, aldus Royal GD. Besteedt een bedrijf weinig aandacht aan de hygiëne op stal of tijdens het melken, dan maken laag- en hoog celgetal koeien evenveel kans op het oplopen van klinische mastitis. De ernst van de besmetting door omgevingsgebonden kiemen (klinische mastitis) wordt bepaald door het ziekmakend vermogen van de E. coli, de weerstand van het uier en de hygiëne op stal. Over het algemeen geldt: ‘Hoe lager het celgetal bij melkkoeien, hoe beter’.
Omgevingsgebonden kiemen vindt je overal
Omgevingsgebonden kiemen komen op verschillende plekken in de stal voor. Staphylococcus aereus, Streptococcus agalactiae en Streptococcus disgalactiae verspreiden zich met name tijdens het melken. De verspreiding van deze bacteriën kan worden voorkomen door te melken met een goed werkende melkmachine, te dippen na het melken, geïnfecteerde dieren zo snel mogelijk op te sporen en direct te behandelen en chronisch besmette koeien op te ruimen. Streptococcus disgalactiae bevindt zich vaak op de speenhuid. Het houden van koeien in een schone en droge omgeving en het zorgen voor een optimale speenconditie vermindert het risico op infecties.
Colioformen, Streptococcus uberis en omgevingsstreptokokken komen met name voor in het ligbed van de koeien, het strooisel, de mest en in het geval van colioformen ook in het drinkwater. Schone ligboxen, droog stro, mestvrije looppaden en het regelmatig verwijderen van de staartpluim kunnen het risico op infecties aanmerkelijk verminderen. Opvallend is dat een besmetting met colioformen plaatsvindt in de stal, waarna er vervolgens grote hoeveelheden colioformen terecht komen in de melk. Hygiëne tijdens het melken en het optimaal reinigen van de melkinstallatie kunnen een verhoogd colioformengetal in de tank voorkomen.
Klebselia tenslotte komt voor in de bodem, in zaagsel en in mest en kan zowel zichtbare als onzichtbare mastitis veroorzaken. De kans op genezing is klein. Klebselia bacteriën in strooisel kunnen zich onder warme en vochtige weersomstandigheden explosief ontwikkelen. De weerstand van koeien neemt bij warm weer vaak af, waardoor het risico op een Klebselia besmetting toeneemt. Droog en schoon strooisel, het zoveel mogelijk mestvrij houden van de vloer, de afkalfstal en de ziekenstal verkleinen het risico van een besmetting.