Kalveren gedijen goed in CalfOTel-hutten
Dat is een van de uitkomsten van het zojuist afgesloten onderzoeksproject InnoCalf, dat in 2018 en 2019 liep op de Dairy Campus. In totaal hebben 224 kalveren van 0 tot 18 weken meegedraaid. De beste groeiresultaten werden geboekt met kalveren die in kleine groepen van vier werden gehuisvest op een rubberen vloer, en bij kalveren die werden gevoerd met een extra hoge gift melkpoeder.
In het onderzoek werd naar drie aspecten van kalveropfok gekeken: huisvesting, melkpoedergift en ruw- en krachtvoer. In het huisvestingsonderzoek werd het CalfOTel opfoksysteem vergeleken met kalveren die vanaf de geboorte eerst een week buiten in een iglo zitten en vervolgens in een kapschuur in een groepshok op stro komen, met 10 kalveren op een drinkautomaat (het referentiesysteem).
De kalveren werden drie weken individueel gehuisvest in de CalfOTel-kalverhutten: verrijdbare en overkapte units van 4 individuele hokjes. Daarna kwamen ze in een vergelijkbaar soort buitenhuisvesting maar dan op rubber. De kalveren zaten met maximaal vier dieren in een hokje met twee overdekte compartimenten: een liggedeelte voorzien van een rubber roostermat en een loop/vreetgedeelte met kunststof roosters met stalen kern. Deze kalveren werden gevoerd aan een milkbar (bak met vier spenen.)
Groei
De CalfOTel-groep groeide een mooi stukje vlotter dan de referentiegroep. Met 9 weken wogen de buiten-kalveren 3,1 kilo meer dan de binnen-kalveren. Aan het eind van de opfokperiode, op 18 weken, was dat verschil zelfs opgelopen tot 8,5 kilo.
Onderzoeker Kees van Reenen vertelt dat de CalfOTel-kalveren op een leeftijd van vier weken in hun met rubber bevloerde hok meer bevuild waren dan hun leeftijdsgenoten die binnen op stro lagen. Maar tegelijkertijd waren de kalveren in het CalfOTel systeem ook gezonder: zij werden gemiddeld 0,8 dagen met antibiotica behandeld en de kalveren in het referentiesysteem gemiddeld 2,8 dagen, een factor 3,5 hoger.
Van Reenen benadrukt dat het hier voor wat betreft huisvesting om systeemonderzoek gaat: er zijn twee verschillende systemen van huisvesting vergeleken. Het is dan ook niet mogelijk om exact te zeggen waardoor de CalfOTel-kalveren zo goed presteerden ten opzichte van de referentiegroep, stelt hij. „Je kunt niet zeggen: op rubber groeien de kalveren harder. Het kan ook te maken hebben met de kleinere groep. Of met het systeem van melk verstrekken”, geeft hij aan.
“Maar we veronderstellen wel dat de relatief open huisvesting, meer in de buitenlucht, in combinatie met kleinere groepen met minder verschillen in leeftijd tussen groepsgenoten, positief hebben gewerkt op de groei en de gezondheid."
Melkgift
De kalveren die meer opfokmelk verstrekt kregen, groeiden ook harder dan de kalveren die de als optimaal beschouwde dosering kregen. Aan het eind van de rit waren de extra melkgift-kalveren gemiddeld bijna 5 kilo zwaarder.
Maar extra poeder verstrekken betekent ook extra kosten maken, dus het is maar de vraag of het economisch uit kan, volgens Van Reenen. Anderzijds wijst Amerikaans onderzoek erop dat extra hard melk voeren positief is voor de aanleg van het uierweefsel en daarmee voor de melkproductie als vaars. Daarom wordt dit onderzoek met dezelfde kalveren vervolgd, met een onderzoek naar hun productie als vaars.
VitaComfort-mix
In het ruw- en krachtvoer-onderzoek werd VitaComfort getest, een mengsel van ruw- en krachtvoer met stro, krachtvoercomponenten en melasse. Vergeleken met de referentiekalveren die werden opgefokt op brok, maakte de VitaComfort nauwelijks verschil. Het mengsel is even goed voor de gezondheid van de kalveren als de standaard brok, concluderen de onderzoekers daarom.
Het InnoCalf-project werd uitgevoerd in opdracht van ForFarmers, Trouw Nutrition (Sprayfo) en VDK Agri (CalfOTel).