Foodwatch wil dat minister Ploumen TTIP en CETA boycot
De voedselwaakhond vindt dat minister Ploumen de Tweede Kamer afgelopen periode verkeerd heeft ingelicht over de handelsverdragen CETA en TTIP. Het zogenaamde voorzorgsprincipe wordt namelijk niet voldoende in de verdragen behandeld, waardoor de voedselveiligheid en bescherming van de volksgezondheid niet worden gewaarborgd. Het voorstel om CETA 'voorlopig toe te passen' staat in september al op de agenda van de Tweede Kamer.
Foodwatch acht het verder belangrijk dat minister Ploumen haar belofte om Europese standaarden te beschermen nakomt en dat ze de Tweede Kamer in aanloop naar dat debat in september alsnog correct voorgelicht wordt.
Minister Ploumen stelt namelijk in reactie op vragen van Tweede Kamerleden over de bescherming van Europese standaarden en het voorzorgsbeginsel dat het voorzorgsbeginsel in CETA bij milieuwetgeving onverkort van kracht blijft en dat geldt ook voor de TTIP.
Geen voorzorgsprincipe
Vorige maand concludeerde een internationaal team van wetenschappers echter dat dit niet het geval is. Het team is van mening dat Europese standaarden voor in CETA en TTIP onvoldoende worden beschermd. Het voorzorgsbeginsel wordt juridisch gezien juist onvoldoende beschermd is in CETA en TTIP en bestaande verdragen niet toereikend zijn. Het voorzorgsbeginsel wordt volgens Foodwatch nergens keer expliciet genoemd.
In het voorzorgsbeginsel is bepaald dat stoffen en producten alleen op de Europese markt mogen worden toegelaten wanneer zij bewezen veilig zijn. Deze aanpak verschilt fundamenteel van de Amerikaanse en Canadese benadering, waarbij producten in principe worden toegelaten zolang er geen sluitend wetenschappelijk bewijs is van schadelijkheid, en waarbij gezondheidsrisico's worden afgewogen tegen economische baten en lasten. Dat zou kunnen betekenen dat voedsel, waaronder ook varkensvlees, met onbewezen stoffen toch toegelaten kunnen worden op de Europese markt, terwijl de Europese boeren wel aan strikte voorwaarden moeten voldoen.