LTO stopt met het Landbouw Collectief
In een gezamenlijke brief aan hun leden stellen de bestuursvoorzitters dat de landbouw, ondanks de resultaten van de gezamenlijke lobby en de stappen die gezet zijn, nu niet staat waar de LTO-bestuurders op hoopten. Het Landbouw Collectief heeft volgens hen bij veel boeren daarnaast wel het gevoel van eenheid en gezamenlijkheid opgeroepen. „Dat gevoel is begrijpelijk. 'Samen sterk' is vanuit de coöperatieve wortels van de sector een diepgewortelde wens die we als LTO-organisaties delen”, schrijven de voorzitters Marc Calon (LTO Nederland), Dirk Bruins (LTO Noord), Wim Bens (ZLTO) en Léon Faassen (LLTB) aan hun achterban.
Veel discussie
De bestuurders maken er geen geheim van dat achter de schermen van het Landbouw Collectief veel discussie heeft plaatsgevonden. „De afgelopen periode is veel goeds gebeurd. We hebben als landbouwpartijen echter ook veel tijd verloren aan interne dynamiek en turbulentie”, delen de bestuursvoorzitters in hun brief. „Het is tijd om de bakens te verzetten en te doen waarvoor alle belangenbehartigers zijn opgericht: leden vertegenwoordigen in de 'buitenwereld'. Van parlement tot ministerie, van ketenpartijen tot consumenten.” In recent onderzoek van Agrio gaf echter een overgroot deel van de LTO-leden aan dat hun belangenorganisatie moest blijven participeren in het Landbouw Collectief. Gezien het besluit van LTO-Nederland is hier schijnbaar niets of te weinig meegedaan.
Eigen accenten
LTO-Nederland geeft aan dat na het verschijnen van de stikstofbrief alle deelnemende partijen hebben nagedacht over de toekomst van het Landbouw Collectief. Een aantal deelnemers vindt dat er dwingende afspraken moeten komen onder regie van het Landbouw Collectief, waardoor de ruimte voor andere meningen en eigen accenten volgens LTO te beperkt is. Met de nadruk op ‘eigen accenten’ lijken de bestuursvoorzitters indirect aan te geven dat ze de regie zelf weer in handen willen hebben en opnieuw de leidende partij in de landouw willen zijn. LTO geeft met dit besluit aan haar eigen bestaansrecht en identiteit weer te willen versterken.
Wel informele samenwerking
LTO laat tegelijkertijd weten, te kiezen voor een meer informele samenwerking. „Niet voor niets zijn er dertien verschillende landbouworganisaties met hun eigen dynamiek en diversiteit. Het gaat niet werken om die diversiteit in één keurslijf te persen. Wij zijn ervan overtuigd dat in een dergelijke samenwerking iedere organisatie optimaal zijn eigen rol kan vervullen binnen de agrarische belangenbehartiging”, aldus de vier voorzitters. Dat de breuk een feit is, blijkt uit het recente persbericht van het Landbouw Collectief waar het LTO-logo opviel door afwezigheid.
