Soja en raap in de ban door maximale eiwitgehaltes voor krachtvoer
Melkveehouderijen op zand- of lössgrond mogen maximaal 191 gram ruw eiwit per kilo krachtvoer geven. Voor kleigrond geldt een limiet van 171 gram per kilo, en op veengrond 164 gram per kilo. Deze limieten worden voor zand-, löss- en kleigronden een gram hoger als de jaarlijkste melkproductie 14.000 tot en met 20.000 kilo per hectare is, en voor alle bedrijven nog een gram hoger als de melkproductie meer dan 20.000 kilogram per hectare is. Leveranciers van krachtvoer moeten bij levering de hoeveelheid ruw eiwit per kilo krachtvoer vermelden, en voor welke dieren het voer is bestemd.
Als een melkveehouder kan aantonen dat toepassing van deze regels leidt tot gezondheidsproblemen bij de koeien, mag hij krachtvoer geven dat de maximale hoeveelheid eiwit bevat (dus 193 gram per kilo op zand- of lössgrond, 173 gram op kleigrond of 165 gram op veengrond).
Met de regeling beoogt de minister de stikstofdepositie in Nederland dit jaar met 1,2 mol per hectare te verminderen. De regeling vervalt per 1 januari 2021. Voor dat jaar en de volgende jaren wil de minister afspraken maken met de sector over voermanagementmaatregelen. „Ter verdunning van de stikstofdoeken.”
Soja en raap 'in de ban'
Concreet betekent deze maatregel onder andere dat enkelvoudige eiwitgrondstoffen als soja- en raapschroot, of een mengsel van deze grondstoffen, van 1 september tot 1 januari 2021 praktisch niet meer op de boerenerven zullen worden aangetroffen. Een uitzondering wordt gemaakt voor bierbostel, tarwegistconcentraat, veldbonen en voederbieten. De regeling geldt voor alle diergroepen, dus ook voor al het jongvee. Melkpoeders worden uitgezonderd.
Zoals het er nu naar uitziet, heeft de maatregel de meeste impact op veehouders op klei- en veengrond met relatief veel snijmaïs in het rantsoen en op bedrijven die veel enkelvoudige grondstoffen voeren en/of een hoog basisrantsoen met veel krachtvoer voeren, zoals TMR-bedrijven.
Tekst: Wim van Gruisen
Zoon van een Zuid-Limburgse pluimveehouder met eigen slachterij, geschoold als econoom. Sinds 2011 in dienst van Agrio, waar hij artikelen schrijft voor de regio- en vakbladen en de Agrio-websites. Zijn focus lag aanvankelijk op landbouweconomie, tegenwoordig vooral op de Haagse en Brusselse politiek.
Tekst: Sjouke Jacobsen
Begon na de HAS zijn loopbaan in de fokkerij en veevoedingsbranche. Sinds 2014 werkzaam voor Agrio, vanaf 2022 als freelance vakredacteur. Benut zijn praktijkervaring in de melkveehouderij voor Melkvee.nl en Vakblad Melkvee.
Beeld: Ruth van Schriek