
‘Metabole stress vermindert vruchtbaarheid’

Elke melkveehouder weet: vruchtbaarheid is een voorwaarde voor een gezonde veestapel. Optimale vruchtbaarheid resulteert in een hogere melkproductie, beter dierenwelzijn, snellere genetische vooruitgang en een kleinere ecologische voetafdruk.1,2,3 Dat een negatieve energiebalans de ontwikkeling van de eicel verstoort is daarom belangrijke informatie. In dit artikel leggen we uit wat metabole stress doet met de ontwikkeling van de eicel en de baarmoederkwaliteit.
Verlaagde bloedglucosespiegel
Droge koeien hebben regelmatig een verminderde eetlust en voeropname, wat kan leiden tot een lage bloedglucosespiegel. Dat terwijl de koe juist in de opstartfase veel glucose nodig heeft voor haar melkproductie. Wanneer het glucoseniveau in het bloed daalt, daalt namelijk ook de productie van het hormoon IGF-1.1,2 IGF-1 helpt de koe normaliter bij de groei en het functioneren van organen. Dit hormoon heeft ook een belangrijke functie bij de ontwikkeling van de eicel. Een te diepe negatieve energiebalans verstoort de productie van dit hormoon en daarmee de ontwikkeling van de eicel.4,5
Eicelkwaliteit
Onderzoek laat zien dat koeien die een te diepe negatieve energiebalans doormaken, kwalitatief minder goede embryo’s hebben.1Zoals uitgelegd in deze video komen er tijdens een te diepe negatieve energiebalans NEFA’s en ketonen in het bloed van de koe. “NEFA’s en ketonen zijn toxisch voor eicellen”, stelt professor Leroy. “We vergeten vaak dat de eicel al drie tot vier maanden voor de tochtigheid wordt ontwikkeld. Daarom is juist de periode vóór de tocht belangrijk voor de ontwikkeling van de eicel. In andere woorden: de eicel draagt de gevolgen van wat er in de afgelopen drie à vier maanden in de stofwisseling van de koe is gebeurd”, sluit professor Leroy af.
Baarmoederkwaliteit
Metabole stress heeft ook invloed op de kwaliteit van de baarmoeder. Een te diepe negatieve energiebalans en ketose maken de koe vatbaarder voor transitieziektes.10-13 Ziektes na het afkalven zorgen ervoor dat de koe enkele maanden later minder goed drachtig wordt.1 De invloed van ketose op vruchtbaarheid is dus tweeledig: zowel de eicel- als de baarmoederkwaliteit gaat achteruit.
Hoe zorgt u voor optimale vruchtbaarheid?
Er zijn verschillende momenten waarop u kunt werken aan een betere vruchtbaarheid van uw koeien. In vier stappen2
- Optimale vruchtbaarheid begint bij optimaal startmateriaal. Goed genetisch materiaal dus en een goede opfok.
- Daarnaast is het tijdens de lactatie van belang om te voorkomen dat koeien met een te hoge body condition score (BCS) de droogstand ingaan. Heeft de koe bij een vorige lactatie een te lange tussenkalftijd gehad, dan riskeert ze vervetting omdat ze meer heeft kunnen eten dan dat ze nodig had voor de melkproductie. Gevolg: ze gaat te vet de droogstand in en kalft te vet af.
- In de droogstand zijn veel maatregelen te treffen: het beperken van stress en het comfort van de droge koeien maximaliseren zijn de eerste maatregelen. Daarnaast is het belangrijk om de energieopname te beperken en de eetlust van de droge koeien te maximaliseren. In de droogstandsperiode is het noodzakelijk om de risicokoeien te identificeren waarna men deze, in samenspraak met de dierenarts, kan beschermen tegen ketose.
- Bij het afkalven staat controle centraal: de veehouder gaat na of de koe normaal gekalfd heeft, of de nageboorte er al af is en of ze koorts ontwikkelt binnen de 72 uur. Concreet: het is goed om voor elke koe een kraamkliniekrapport te maken. Verder is het ook belangrijk om de eetlust en de gezondheid in het algemeen op te volgen en in de gaten te houden wanneer die koe voor de eerste keer na afkalven tochtig gaat worden.
Wat zijn risicodieren?
De dieren die extra aandacht verdienen in de preventie van ketose zijn vette vaarzen en koeien, koeien die in een eerdere lactatie problemen met de opstart hebben gehad en alle koeien vanaf de derde kalving. Lees hier hoe u uw risicodieren beschermt tegen ketose.
Wilt u meer weten over het beschermen van risicodieren? Lees hoe melkveehouder Kees Versluis ijn koeien beschermt tegen een te diepe negatieve energiebalans, of bekijk de video over ketose.
PM-NL-20-0065 |
[1] Economic aspects of applying reproductive technologies to dairy herds”. Anim Reprod 2012, v.9, n.3, p.370-387.
[2] Moberg G.P., 1985. “Influence of stress on reproduction: measure of well-being”. American Physiological Society 1985.
[3]Garnsworthy, P.C. 2004. “The environmental impact of fertility in dairy cows: a modelling approach to predict methane and ammonia emissions”. Animal Feed Science and
Technology volume 112 (2004) 211-223.
[4] Leroy, J. L. M. R., Opsomer, G., Van Soom, A., Goovaerts, I. G. F., & Bols, P. E. J. (2008). “Reduced fertility in High‐yielding dairy cows: Are the oocyte and embryo in danger?
Part I” The importance of negative energy balance and altered corpus luteum function to the reduction of oocyte and embryo quality in High‐yielding dairy cows. Reproduction in domestic animals, 43(5), 612-622.
[5] Leroy, J.L.M.R. et al, 2008. “Reduced Fertility in High-yielding Dairy Cows: Are the Oocyte and Embryo in Danger?” Part II. Mechanisms Linking Nutrition and Reduced Oocyte
and Embryo Quality in High-yielding Dairy cows”. Reprod Dom Anim 43, 623–632 (2008).
[6] Carvalho, P.D. et al, 2014. “Relationships between fertility and postpartum changes in body condition and body weight in lactating dairy cows”. J. Dairy Sci. 97 :3666–3683.
[7] Ribeiro, E.S. et al, 2016. “Carryover effect of postpartum inflammatory diseases on developmental biology and fertility in lactating dairy cows”. J. Dairy Sci. 99 :2201–2220.
[8] Elanco and Prof. Jo Leroy (Vetmeetings 2019)
10 Duffield et al. (2009).
11 Leblanc (2004).
12 Dohoo (1984).
13 Walsh et al. (2007).