Onderzaai lijkt goed te slagen
Dit blijkt uit inventarisatie onder een aantal ruwvoerspecialisten. Op het oog lijkt het vanggewas op veel plaatsen niet heel massaal. Soms staan er alleen wat korte sprieten. Maïstelers denken dat daarmee het vanggewas tegenvalt. Maar ruwvoerspecialist Leo Tjoonk van Agrifirm is daar niet zo bang voor. „Zodra de maïs eraf gaat, krijgt het gras of andere groenbemester direct de ruimte om te groeien en staat er snel een mooi vanggewas. Het is ook niet de bedoeling dat er nu al een flink gewas staat." Ook zaad dat nog niet is gekiemd, krijgt dan de ruimte om te kiemen mits de grond voldoende vochtig is.
Voldoende capaciteit voor onderzaai
De ruwoerspecialist stelt dat onderzaai het beste slaagt wanneer de maïs kniehoog is. „Dan is er praktisch geen sprake van concurrentie. Loonwerkers hebben volop in geïnvesteerd in machines die kunnen onderzaaien. We merken dat er over heel het land voldoende capaciteit is."
De optie om vlak na de het zaaien van de maïs onder te zaaien, is in de praktijk lastiger te managen. „Dan heb je sneller last van concurrentie en moet je het vanggewas terugspuiten. De vraag is of dat wenselijk is in een tijd waarin er steeds meer nadruk komt op het beperken van het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen", aldus Tjoonk.
Tekst: Sjouke Jacobsen
Begon na de HAS zijn loopbaan in de fokkerij en veevoedingsbranche. Sinds 2014 werkzaam voor Agrio, vanaf 2022 als freelance vakredacteur. Benut zijn praktijkervaring in de melkveehouderij voor Melkvee.nl en Vakblad Melkvee.
Beeld: Geert van den Biggelaar