Regels en handhaving rondom een vanggewas bij maïs nog erg onduidelijk
Dat zegt Harry Verstegen van Wageningen UR (WUR) open teelten. WUR heeft zelf maïsproefvelden in het Limburgse Vredepeel, waar dankzij beregeningsinstallaties de onderzaai relatief goed gelukt is, weet Verstegen. „Maar wat is goed?”, vraagt ook hij zich af. „Je wilt ook niet een te massaal grasgewas, want dat gaat ten koste van de maïsopbrengst.”
Inspanningsverplichting
Veel onduidelijkheid over het verplichte vanggewas bij maïs dus. „Wat is technisch goed en wat is voor de overheid goed? Dat is allemaal nog in ontwikkelfase en daar zijn nog geen eenduidige richtlijnen voor”, weet Verstegen. Wat er gebeurt bij boeren, bij wie de onderzaai totaal niet is uitgekomen, is dan ook moeilijk te zeggen, aldus de onderzoeker. „Regel is dat maïstelers inspanningen moeten verrichten voor een geslaagde vanggewas, wanneer zij niet voor 1 oktober hun maïs willen of kunnen oogsten. Maar hoe interpreteer je of een vanggewas geslaagd is en hoe interpreteer je ‘voldoende inspanningen’? Kortom, er is nog heel veel onduidelijkheid over de invulling en eisen met betrekking tot een vanggewas in maïs .”