Nieuwe excretienormen belonen hoge melkproductie minder
De nieuwe waarden zouden per 1 januari 2020 gaan gelden. Het betekent dat voor een melkveebedrijf met een gemiddelde melkproductie van 12.000 kilo melk per melkkoe de excretie straks op 51,8 kilo fosfaat per koe ligt, waar op dit moment een fosfaatexcretie van 49,3 kilo fosfaat per koe voor datzelfde bedrijf geldt.
Ook aan de onderkant van de tabel zijn nieuwe categorieën toegevoegd, zodat melkveehouders met een melkproductie van minder dan 5.624 kilo melk per koe in meer categorieën worden verdeeld. De nieuwe tabel start vanaf ‘minder dan 2.625 kilo melk per koe’ met een fosfaatexcretie van 24,3 kilo, waar in de huidige tabel voor dezelfde koeien een excretie van 32,4 kilo fosfaat geldt.
Versoepeling voor gemiddelde melkveehouder
Voor de gemiddelde Nederlandse melkveehouder – die in 2018 ruim 9.000 kilo melk per koe produceerde – betekent de nieuwe tabel een kleine versoepeling van de excretienorm. Zijn koeien hebben bij de nieuwe tabel een excretie van 43,1 kilo fosfaat en bij de huidige tabel een excretie van 43,5 kilo fosfaat. Voor stikstof daalt de excretienorm bij een ureumgetal van 22 van 123,5 kilo per jaar naar 120 kilo.
Ook op de excretie van jongvee wordt een negatieve correctie toegepast. De norm van 9,6 kilo fosfaat voor jongvee jonger dan één jaar gaat naar beneden naar 9,1 kilo per dier en de norm van 21,9 kilo fosfaat voor jongvee ouder dan één jaar gaat naar beneden naar 21,3 kilo per dier.
Het ministerie plaatste het nieuwe voorstel op overheid.nl. Iedereen die wil reageren op het voorstel, kan dat nog tot 14 augustus doen.
Bekijk het volledige voorstel voor de nieuwe excreties hier. De huidige excretiewaarden voor melkkoeien vind je hier en die voor jongvee hier.