Groeikracht: ‘Mestbeleid mergelt Achterhoekse bodem uit’
De Nederlandse bodem verarmt in een vlug tempo. Als oorzaak van deze bodemverarming wijst Groeikracht BV naar de wetgeving rondom het gebruik van organische (dierlijke) mest. Daarin is vastgelegd hoeveel stikstof boeren mogen bemesten, en welk aandeel daarvan organische mest mag zijn. Zo mogen derogatiebedrijven op zuidelijk en centraal zand maximaal 230 kg N uit dierlijke mest aanwenden. Deze hoeveelheid stikstof beperkt daarmee ook de hoeveelheid fosfaat waarmee deze bedrijven hun percelen mogen bemesten. Voor bedrijven in de Achterhoek (centraal zand) leidt dit er toe dat er sinds 2014 gemiddeld een negatief fosfaat bodemoverschot ontstaat. De fosfaatonttrekking in deze regio is groter dan de bemeste hoeveelheid. Achterhoekse veehouders vrezen dat via deze weg de bodemvruchtbaarheid daalt. Om te onderzoeken of die vrees terecht is, heeft Groeikracht BV een verkennend onderzoek uitgevoerd op tien melkveebedrijven in de Achterhoek. Bij de selectie van deze tien melkveebedrijven is gezocht naar bedrijven met variatie in bodemoverschot volgens de kringloopwijzer en een zo beperkte mate van grondruil. Het gemiddelde fosfaatoverschot van deze bedrijven lag op -4,3 kg (- 6 procent). Bij negen van deze tien bedrijven daalde in de onderzochte periode de fosfaattoestand. Op één bedrijf daalde de fosfaattoestand niet en lag deze gemiddeld 1 procent boven die van de meest recente monsters. Gemiddeld daalde de fosfaattoestand over alle bedrijven met 6 procent in vier jaar tijd. De afname in fosfaattoestand per bedrijf varieerde van van +1 procent tot -16 procent.
Grasland
Organische mest bevat naast stikstof een veel breder palet aan natuurlijke nutriënten en mineralen dan kunstmest. Grasland neemt veel van deze nutriënten op. Volgens Groeikracht is dat de verklaring waarom de daling van de fosfaattoestand zich vooral op grasland voordoet.
Uitmergelen
Tijdelijk wat meer uitgeven dan er binnenkomt is geen probleem. „Echter de spaarrekening (de bodem) begint nu leeg te lopen,” stelt Gerard Abbink van Groeikracht. Voor hem reden om de noodklok te luiden. „Ons onderzoek laat zien dat de bodemverarming is ingezet. Gemiddeld genomen hebben we nog een flinke spaarrekening, maar als we zo doorgaan zullen we binnen enkele decennia op veel percelen zijn uitgeboerd. In voormalige Sovjet regio’s en de DDR heeft zich dit proces al in talloze gebieden voltrokken. En dat in slechts in enkele decennia tijd. In deze regio's was het geen wet- en regelgeving van de overheid, maar gebrek aan geld voor lange termijn onderhoud en geen beschikbaarheid van organische mest. Een waarschuwing die wij ter harte moeten nemen! Een gezonde bodem heeft organische mest heel hard nodig”, onderstreept Abbink.
Kringloop
De bemesting van percelen verdient de volle aandacht, zeer zeker in het kader van de door LNV minister Schouten voorgestelde verduurzaming van de landbouw en het sluiten van kringlopen wil sluiten. Volgens Groeikracht is het geven van meer ruimte aan de sector in het gebruik van organische mest ter vervanging van kunstmest, een mogelijke oplossing. Abbink: „Zo brengen we, zonder gevolgen voor het milieu, de bodem weer in balans zodat we ook in de toekomst nog een vruchtbare bodem hebben om gezond voedsel te produceren. Bijkomend voordeel van deze oplossing is dat er meer ruimte komt op de mestmarkt, waardoor ook de mestfraude zal afnemen.”