Interview met Niels Grootoonk, specialist rundveehouderij bij ForFarmers
Smaak en geur zijn het allerbelangrijkste in voer
Waar moet een goed rantsoen aan voldoen?
Smaak en geur zijn de allerbelangrijkste criteria van een goed rantsoen. We kunnen praten over bijvoorbeeld 16% ruw eiwit en 20% zetmeel in een rantsoen, maar als we de voeropname niet weten dan blijven dit normen. Het gaat er uiteindelijk om wat de koe daadwerkelijk opvreet!
Hoe kan een veehouder dit realiseren?
Een fris en smakelijk rantsoen kunnen maken is de eerste randvoorwaarde. Dit begint bij een broeivrije kuil. Ruwvoer dat al broei bevat in de kuil, gaat nooit meer een goede opname teweegbrengen. Met enkel een fris en smakelijk rantsoen maken ben je er nog niet. Wanneer de voergoot niet schoon is, kan het fris gemaakte rantsoen alsnog worden verpest. Schimmels en gisten die op de voergoot zitten kunnen namelijk het rantsoen alsnog laten broeien. Hygiëne van het voer in de stal is dus een belangrijk onderdeel van het succes.
Is er voldoende aandacht voor voerhygiëne op melkveebedrijven?
De aandacht is groeiende. Ik merk dat steeds meer bedrijven preventief willen werken en dat voerhygiëne daar een steeds belangrijkere rol in speelt.
Er komt steeds meer aandacht op het verhogen van de (ruw)voeropname.
Heeft broei invloed op de smaak van het voer?
Broei heeft een erg negatief effect op de smaak en de voederwaarde van het voer. Tijdens broei verbruiken bacteriën, schimmels en gisten suikers en melkzuur, terwijl je die juist in je koe wilt hebben. Suiker en melkzuur zijn daarnaast de componenten van het voer dat extra smaak geeft en zorgen voor een hoge voeropname. Dus naar voederwaarde verlies, verlies je ook smaak van het rantsoen zodra broei optreedt.
Kleven er nadelen aan een betonnen voergang?
Zeker. We zijn druk bezig om selectie aan het voerhek met gemengde rantsoenen te voorkomen. Dit doen wij vaak door een aanpassing in het mengproces en daarbij zal een plakmiddel (water of nat brijproduct) kunnen helpen. Het nadeel van dit soort rantsoenen is dat het het beton van de voergang aantast en dat het ook meer gaat plakken aan de voergang. Ook het aanschuiven van het voer is lastiger bij natte rantsoenen. Er ontstaat dan vaak broei in het voer in de periode dat het op de voergang ligt. Dit komt omdat er zuurstof bij het voer komt, in combinatie met een slechte hygiëne aan het voerhek.
Hoe belangrijk is voergootcoating om broei in het voer te voorkomen?
Voergootcoating is ontzettend belangrijk om broei te voorkomen. Door de coating is voer makkelijker aan te vegen en eventueel restvoer makkelijker weg te halen. Er kunnen geen deeltjes achterblijven, zoals in het geval van beton. In beton blijven toch altijd deeltjes achter, of er blijft zo’n vieze rand tegen het voerhek zitten.
Dat is olie op het vuur, dan blijven schimmels en gisten achter en het verse voer zal daarna weer sneller gaan broeien.
Kan een melkveehouder op een eenvoudige wijze de kwaliteit van zijn voer op het gebied van voerhygiëne meten?
Jazeker, door het rantsoen te temperaturen en de voeropname bij te houden.
Wist u dat, dat bij broei de helft van de aanwezige suikers en of melkzuur in het rantsoen verloren kan gaan!
Heb je nog andere tips?
Kijk eens kritisch naar de randen van de voermengwagen en onder de vijzels en dat geen voer aangekoekt is, want op die plekken zitten dezelfde gisten en schimmels als bij het voerhek. Daarnaast is het belangrijk dat als je voergangcoating legt, je zorgt dat deze breed genoeg is. Al het voer moet op de coating blijven liggen, ook als de koeien het voer weggeduwd hebben. En vergeet niet uw belangrijkste groep in de stal, uw droge koeien. Ook bij deze diergroep is een coating voor het voerhek zeer belangrijk!
Tekst: MS Schippers
Beeld: MS Schippers