Voorkom (subklinische) melkziekte
Als u koeien ziet met klinische of zichtbare melkziekte, dan is de kans groot dat u ook veel koeien met subklinische of onzichtbare melkziekte heeft. Uit recent onderzoek van De Oosthof Dierenartsen in Eibergen blijkt dat 77 procent van de melkkoeien subklinische melkziekte heeft (calciumgehalte < 2,10 mmol/liter bloed). Het optreden van (subklinische) melkziekte rondom afkalven komt vaak voor en levert problemen op. De voeropname daalt drastisch, de koeien kalven trager af, starten moeilijk op en de melkproductie blijft achter. Niet alleen in het begin van de lactatie, maar gedurende de gehele lactatie.
Ook werkt melkziekte negatief op de vruchtbaarheid, omdat de baarmoeder minder goed schoon wordt, de negatieve energiebalans groter is en de conditie van de koe vermindert. Ook ontstaan eerder legmaagdraaiingen. Een koe of vaars met (subklinische) melkziekte heeft stress. Dat onderdrukt het immuunsysteem en dat vergroot het risico op infecties. “Melkverlies en gezondheidsproblemen als gevolg van melkziekte kosten veel geld. Voorkomen is dan beter dan genezen”, stelt Jan Speerstra. “Het verstrekken van DCAD mix aan droge koeien kan u veel ellende met uw koeien besparen.”
Hoe ontstaat melkziekte?
Melkziekte ontstaat vanuit de calciumstofwisseling. Als rondom afkalven de melkproductie op gang komt, neemt de calciumbehoefte van een koe sterk toe. Deze toegenomen behoefte kan niet uit het opgenomen voer worden gedekt. Daarom moet de koe actief extra calcium vrijmaken uit botten, darmen en nieren. Om dat te stimuleren is een calcium-arm rantsoen in de droogstand belangrijk. Bij onvoldoende calciummobilisatie, daalt het calciumniveau in het bloed snel. Wordt dit te laag, dan ontstaat melkziekte. Het vrijmaken van calcium staat onder invloed van hormonen, zoals het para-thyroid hormoon (PTH), dat zorgt dat een koe minder calcium uitscheidt via de urine. PTH activeert ook vitamine D om calcium uit de darm te halen, maar het duurt minimaal één tot twee dagen voordat dit proces op gang is.
Waar moet u op letten?
Klinische symptomen van melkziekte zijn: verminderde eetlust, koude oren, droge neus, slappe spieren, ongecoördineerde gang (lopen), niet meer kunnen blijven staan en een verlaagde lichaamstemperatuur. De onzichtbare melkziekte komt het meest voor en brengt de meeste schade toe. Deze koeien ontsnappen nogal eens aan uw aandacht. “Om problemen te voorkomen, adviseren wij om het calcium-aanbod in de droogstand te beperken”, zegt Speerstra. “Voer na afkalven minimaal 100 gram calcium per dag. Daarnaast kunt u de calciummobilisatie activeren door de kation-anionbalans (KAB) in het rantsoen te verlagen, bijvoorbeeld met DCAD Mix.” Ook voldoende magnesium (Mg), fosfor (P) en vitamine D in het rantsoen is nodig voor een actieve calciumopname uit het lichaam.
DCAD Mix van Speerstra bevat calciumchloride, plantaardig hoogwaardig vet, emulgatoren, mineralen en aroma. Voordelen van dit product ten opzichte van vergelijkbare producten zijn:
- De smakelijkheid. Omdat de anionische/zure zouten gecoat zijn, proeven koeien de bittere smaak niet en ontstaat geen irritatie van mond- en slokdarmslijmvlies.
- De anionische zouten komen geleidelijk vrij, waardoor het beter wordt opgenomen.
Een KAB van maar liefst -12.700 mEq. Dit grote verschil tussen positieve elementen (natrium en kalium) en negatieve elementen (zwavel en chloor) versterkt de calciummobilisatie door de koe en helpt melkziekte te voorkomen.