‘T-som belangrijker voor kunstmestgift dan bodemtemperatuur’

Groeikracht deed vorig jaar een proef, waarbij na de start van het jaar iedere week een proefperceel met kunstmest werd bemest. „Januari was een relatief warme maand”, zegt Abbink. „Daardoor werd de T-som al in een vrij vroeg stadium bereikt. De bodemtemperatuur daalde in de koude februarimaand weer. Uit de opbrengsten bleek dat de percelen, waarop de T-som als leidraad werd gebruikt, de beste resultaten opleverden.”
Volgens Abbink is de bodemtemperatuur niet stabiel genoeg om op basis daarvan beslissingen te nemen. „Die temperatuur is op geen moment van de dag hetzelfde. Het zou bijvoorbeeld kunnen betekenen dat je op een bepaald moment van het jaar tussen 3 en 6 ’s middags al kunstmest mag toedienen, maar de rest van de dag niet. Dat werkt niet.”
Dat de bodemtemperatuur later in het jaar weer kan dalen, deert volgens Abbink niet. „Het bodemleven gaat niet per se dood van een beetje vorst in de grond. Belangrijk is wel dat het meer dan 10 uur per dag licht is. Dat is de reden dat de T-som begint te tellen bij 1 januari.”
T-som nog niet behaald
Een T-som van 180 is volgens Groeikracht het ideale moment om te beginnen met de eerste kunstmestgift. „Die is op dit moment nog lang niet behaald”, weet Abbink. „Zoals het er nu uitziet, zal in de 2e helft van februari de T-som van 180 bereikt worden.”