
Fosfaatrechten terugverdienen met één extra koe?

Wat is de terugverdientijd?
Om het resultaat en de terugverdientijd van één extra koe te bepalen zijn er drie voorbeeldberekeningen gemaakt. Uitgangspunt is het houden van één koe met bijbehorende jongvee. De benodigde hoeveelheid fosfaatrechten is afhankelijk van de melkproductie en de jongveebezetting.
Berekening financieel resultaten
Er is gekeken naar een periode van circa 12 jaar; dat is iets langer dan de afschrijvingstermijn die op 9 jaar is gesteld (tot 1 januari 2028). Waar sprake is van een geldlening wordt ervan uitgegaan dat deze in 5 jaar wordt afgelost. Het financiële resultaat van die extra koe wordt grofweg bepaald door:
- het voersaldo (melk, omzet, aanwas, voerkosten)
- bedrijfskosten (gezondheid, KI, stro, energie, mestafzet)
- fosfaatrechten (rente en afschrijving).
Prijzen zijn genormeerd op basis van langetermijnverwachtingen volgens KWIN, voor melk is bijvoorbeeld € 35,50 per 100 kg aangehouden.
Berekening terugverdientijd
De afschrijvingen drukken de winst en het belastingvoordeel daarvan is meegerekend. Vervolgens wordt de netto-geldstroom bepaald over een periode van 10 jaar en de jaren daarna. Aan de hand daarvan wordt de terugverdientijd bepaald. In de grafiek en tabel hieronder ziet u het resultaat van de berekeningen. Let op: dit is een rekenvoorbeeld. De gemiddelde terugverdientijd van Nederlandse bedrijven zal langer zijn dan in het voorbeeld.
Toelichting rekenvoorbeeld A
Het bedrijf heeft een melkproductie van 9.000 kg melk per jaar, een vervangingspercentage van 30% en 0,7 stuks jongvee per koe. Het bedrijf heeft € 14.000 op de bankrekening. Voor één koe extra met jongvee wordt 54,3 kg fosfaatrechten aangekocht tegen een prijs van € 200 per kg fosfaatrecht. In totaal komt dit neer op € 10.860. Hiervoor wordt een lening aangegaan.
Investeringsbedrag terugverdienen
De koe met jongvee draagt jaarlijks € 1.554 bij aan het bedrijfsresultaat (voor afschrijving en rentekosten). Dat is niet genoeg om rente en aflossing in 5 jaar te kunnen betalen, waardoor de eerste jaren meer geld van de rekening gaat dan er binnenkomt. Dit liquiditeitstekort kan tijdelijk worden opgevangen als de rest van het bedrijf een positieve geldstroom heeft of als er voldoende geld in kas is. Na 7,6 jaar is het investeringsbedrag terugverdiend. In de periode daarna brengt ‘de marginale koe inclusief jongvee’ jaarlijks circa € 979 in het laatje, zolang er geen extra kosten worden gerekend voor bijvoorbeeld de stal, machines of arbeid.
Overige rekenvoorbeelden
- Variant B verschilt van A doordat de fosfaatrechten uit eigen middelen worden betaald. De terugverdientijd is een fractie sneller.
- Variant C verschilt van A door een hogere melkproductie en een lagere jongveebezetting. Belangrijkste voordeel van deze variant is dat er na de terugverdientijd € 1.055 binnenstroomt.
Kasontwikkeling totale bedrijf
Bij de bovenstaande berekeningen voor het houden van één koe extra worden niet alle bedrijfskosten meegerekend. Als ook kosten voor stal, machines en arbeid worden toegerekend aan de extra koe, dan wordt de terugverdientijd veel langer. Ook de fors gestegen prijzen van fosfaatrechten verlengen de terugverdientijd enorm.
Maak liquiditeitsmarge inzichtelijk
“Na aankoop van fosfaatrechten ontstaat vaak een dip in de liquiditeit. Deze dip kan prima worden opgevangen als de rest van het bedrijf voldoende liquiditeitsmarge heeft. Het is handig om dat inzichtelijk te hebben met een goede begroting," aldus Harold Vogels van AR Bedrijfsontwikkeling.
Hoe zit dit bij uw bedrijf?
AR Bedrijfsontwikkeling maakt graag een berekening van uw specifieke situatie. Dit geeft u meer inzicht in uw financiën en het biedt handvatten om de juiste keuzes te maken voor uw bedrijfsvoering. Neem vrijblijvend contact op met Harold Vogels of laat uw gegevens achter via het contactformulier.
Tekst: Harold Vogels, AR Bedrijfsontwikkeling