Stevige kritiek op RVO in brandbrief agrarische advocaten

In de brief wijst voorzitter van de advocatenvereniging Sjoerd Commijs op de gebrekkige kwaliteit van de wetgeving, die onder druk versneld tot stand is gekomen en waarin zaken achteraf niet goed blijken doordacht. De eerste teleurstelling voor bedrijven die voor 2 juli 2015 financieringsverplichtingen waren aangegaan, was er vorig jaar toen de Commissie Kalden hun situatie weliswaar als knelgeval beschouwde, maar toch afzag van een advies aan de minister, omdat ‘deze categorie lastig af te bakenen’ was.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) heeft inmiddels in acht voorloperszaken uitgemaakt dat de RVO moet zorgen voor een individuele beoordeling van de bedrijven die zich als knelgeval hebben gemeld. Duidelijk moet worden of het fosfaatreductieplan en de Fosfaatwet voor deze bedrijven tot een buitensporige last leiden, die ze niet zouden behoeven te dragen. De gegevens die de RVO daartoe heeft opgevraagd, zijn geleverd, maar daarna stokt het proces, aldus de advocaten.

Er komen geen beslissingen over de acht zaken en alle overige zaken wachten hierop. Als deze bedrijven aandringen op een beslissing, krijgen ze een standaard afwijzing in bezwaar, waarna ze in beroep kunnen bij het CBb en daar op de stapel komen. Gegeven de huidige impasse is het verre van zeker dat deze bedrijven voor het einde van 2018 een beslissing krijgen, zo schrijft Commijs. Deze bedrijven zullen dus 2019 ingaan, wetende dat zij het fosfaatrecht dat voor hun bedrijf voor 2018 gold, hebben overschreden met alle gevolgen van dien.

De Vereniging hoopt en verwacht dat er snel een eind komt aan het inmiddels in de praktijk waargenomen fenomeen dat er beslissingen op bezwaar worden genomen, die in strijd zijn met eerdere uitspraken van het CBb. Beslissingen worden genomen om dwangsommen te voorkomen of anderszins termijnen veilig te stellen, zo stellen ze. De advocaten doen daarom een dringend verzoek aan de minister om er op toe te zien dat de beslissingen op inhoudelijke gronden worden genomen en er op de individuele omstandigheden wordt ingegaan. Ze vragen de minister daartoe of ze voornemens is de capaciteit van de betrokken juridische afdelingen met spoed te vergroten.

De volledige brief is hier te lezen.

In de brief uiten de advocaten vooral kritiek op de RVO, die niet tijdig inhoudelijk op de materie ingaat, waardoor de betreffende veehouders nog steeds niet weten waar ze aan toe zijn. De redactie wil onderzoeken waar dit door komt en kan uw hulp daarbij gebruiken. Daarom vragen wij u uw ervaringen met de RVO te mailen naar redactie@melkvee.nl