NVWA: Percentage kalversterfte lijkt risicofactor voor welzijnsovertredingen
Dat meldt de NVWA in een nieuwsbericht op haar eigen website. Van de 89 aselecte inspecties in 2016 was er bij 80 bedrijven niets aan te merken. Uit de risicogerichte inspectie hoge kalversterfe in 2017 lijkt hoge kalversterfte een risicofactor te zijn voor welzijnsovertredingen. Van de 39 bezochte bedrijven met een hoge kalversterfte, bleek bij 14 bedrijven iets niet in orde te zijn. Aandachtspunt bij kalversterfte is volgens de NVWA een hygiënische afkalfstal en een hygiënische kalverhuisvesting. Daaraan ontbrak het bij verschillende bezochte bedrijven.
Kalversterfte aandachtspunt
Kalversterfte blijft ook in de toekomst een aandachtspunt van de NVWA. Naast inspecties wordt in 2018 ook onderzoek gedaan naar de onderliggende oorzaken en motieven van melkveehouders met hoge kalversterfte, door middel van een doelgroepanalyse en een risicoprofilering. Het doel is een passende handhavingsmix te ontwikkelen; welke interventies kunnen het beste worden ingezet om kalversterfte in Nederland omlaag te brengen.
Er zijn in totaal 39.390 veehouderijbedrijven in Nederland. De NVWA houdt risicogericht toezicht en voert vooral daar inspecties uit waar op basis van meldingen en risicoanalyses de meeste overtredingen te verwachten zijn. De naleefbeelden die deze risicogerichte inspecties en relatief kleine steekproeven opleveren, zijn niet representatief voor de naleving in de hele sector. In 2017 zijn 779 van de 39.390 bedrijven bezocht, daarmee was de toezichtintensiteit 2 procent.
200 bedrijven intensief in beeld
De NVWA heeft over de gehele veehouderijsector ongeveer 200 bedrijven intensiever in beeld, omdat inspecteurs hier ernstige of herhaalde overtredingen hebben geconstateerd. Bij zo'n twintig van deze bedrijven hebben inspecteurs in 2017 meer dan vijf inspecties uit moeten voeren, omdat overtredingen niet of niet voldoende hersteld waren. Dat blijkt uit factsheets met resultaten van dierenwelzijnsinspecties over 2017 van de NVWA.
De NVWA krijgt jaarlijks ongeveer 2.100 meldingen van verwaarlozing van runderen, schapen, melkgeiten en andere landbouwhuisdieren. Alle meldingen worden door de NVWA beoordeeld. Hierbij kijkt de NVWA of de melding actueel en volledig is en of er sprake is van overtreding van wet- en regelgeving. Ongeveer vier op de tien meldingen zijn aanleiding voor een inspectiebezoek door een inspecteur. In 2016 bleek er bij 33 procent van de onderzochte meldingen daadwerkelijk sprake te zijn van een of meerdere overtredingen. In 2017 was dit 41 procent.
