CBS: aantal ganzen in Nederland meer dan vertienvoudigd
Het aantal boerenlandvogels is met 60 tot 70 procent teruggelopen. De laatste jaren is die afname afgevlakt, maar van herstel is volgens het CBS nog geen sprake, ondanks alles wat de laatste jaren is gedaan op het gebied van agrarisch natuurbeheer.
Grote groepen ganzen bepalen tegenwoordig het vogelbeeld in het agrarisch gebied. Het aantal ganzen dat hier in de winter overblijft, is de afgelopen decennia sterk toegenomen. Daarnaast heeft zich een grote broedende populatie ontwikkeld.
Sinds 1960 zijn 60 tot 70 procent van de broedvogels uit het Nederlandse boerenland verdwenen. Het gaat om een achteruitgang van naar schatting ruim 4 miljoen naar ruim 1,5 miljoen broedparen. Voorbeelden hiervan zijn de veldleeuwerik, patrijs, zomertortel, de ringmus en de grutto. Dit is overigens geen typisch Nederlands probleem: de afname van boerenlandvogels is volgens het CBS zichtbaar in heel Europa.