Voederwaarde tweede snede valt tegen

Lag de voederwaarde van de eerste snede met 932 VEM nog in de buurt van het langjarig gemiddelde, de tweede snede duikt daar onder. Door de aanhoudende droogte is veel gras snel in de aar geschoten. Eurofins meldt dat de voederwaarde in mei al naar waarden rond 860 VEM en lager daalde. Naast de relatief lage voederwaarde valt ook het zeer hoge drogestofpercentage en het lage ruw eiwit op. Precieze gemiddelden kan Eurofins nog niet geven omdat veel tweede snede kuilen nog geanalyseerd moeten worden.
Zomerkuilen zeer droog en broeigevoelig
Ook de zomerkuilen zijn zeer droog, aldus Eurofins, met drogestofgehaltes ruim boven de 50 procent in juni tot richting de 60 procent in juli. Het laboratorium waarschuwt daarom voor broei. Robin Wolf, productmanager bij Eurofins: „In droog gras komt het conserveringsproces minder snel op gang. Melkzuurbacteriën hebben minder suikers omgezet in melkzuur. Het gras in de kuil bevat nog veel suikers en heeft een relatief hoge pH. Bovendien blijft meer zuurstof achter in de kuil, omdat een droge kuilbult zich moeilijker laat aanrijden. Als deze kuilen worden geopend, is de kans op broei groot” Wolf adviseert extra maatregelen te nemen door de kuildekking te verzwaren, de voersnelheid aan te passen en eventueel een broeiremmer in te zetten bij het uitkuilen. „De kans op broei kan ook worden beperkt door de kuil later dit seizoen af te dekken met een minder droge snede.”
Eerste maïskuilen hooguit 80 gram zetmeel
Ook geeft Eurofins wat cijfers van de eerste maïskuilen die noodgedwongen geoogst zijn. Door de droogte. De voederwaarde valt met 850 tot ruim 900 VEM tegen. Het drogestofpercentage varieert tussen de 20 en 30 procent. Zetmeel zit er met 0 tot 80 gram nauwelijks in. Wel bevat het product veel suikers: 130 tot 150 gram. „Dat kan helpen voor de smakelijkheid, maar de voederwaarde valt tegen. Je mist zomaar 300 gram zetmeel per kilo”, aldus Wolf.
De productmanager vindt het toevoegen van extra maïsmeel aan het rantsoen met lage kwaliteit maïs een goede aanvulling. Wel adviseert hij dit meel niet tegelijk met de niet-rijpe snijmaïs in te kuilen. „Je loopt het risico dat een deel van het zetmeel uit het maïsmeel tijdens het conserveringsproces omgezet wordt. Dat is jammer, want de maïs heeft voldoende suikers voor een goede conservering.”
Analyse van de eerste snede binnen? Doe mee met de Topkuilcompetitie, vergelijk met collega-veehouders en maak kans op mooie prijzen!