
De melkprijs van 2024 is minimaal benodigd voor een goed perspectief

Technische cijfers
Het gemiddelde melkveebedrijf dat klant is bij aaff (op basis van de oude Alfa cijfers), produceerde in 2024 1.190.467 kilo melk met 129 melkkoeien en 67 stuks jongvee. De bedrijfsproductie nam met 11.400 kilo melk toe ten opzichte van 2023. Daarbij daalde de productie per koe met 162 kilo naar 9.114 kilo melk, met 4,55% vet en 3,58% eiwit. De intensiteit per hectare daalde ook met 836 kilo naar 18.172 kilo melk per hectare. Het blijft belangrijk om goed te blijven sturen op stikstofefficiëntie. Een belangrijk kengetal daarbij is ureum. Dit zit gemiddeld op 19 en bleef gelijk ten opzichte van 2023. In de resultaten van de individuele bedrijven zien we een grote spreiding in ureum van 10 tot 24. Dit geeft aan dat er nog grote verschillen zitten in de stikstofefficiëntie op de bedrijven. Dat begint uiteraard met de kwaliteit van het voer- en bemestingsmanagement op het bedrijf. Hier liggen individueel nog uitdagingen om dit verder te optimaliseren.
Technische kengetallen
Het cijferoverzicht geeft ook de resultaten weer van de 25% beste bedrijven met de laagste uitgaven op procesniveau. Een mooi kengetal, omdat je daar als ondernemer direct invloed op uit kunt oefenen. De 25% beste bedrijven produceren gemiddeld genomen 129.292 kilo melk meer, met 8.949 kilo melk per koe. Dit ligt 165 kilo lager dan het gemiddelde.
Financiële cijfers
De melkveebedrijven uit de voormalig-Alfa database gaven in 2024 op procesniveau 0,07 per 100 kilo melk minder uit ten opzichte van 2023. Op een gemiddeld bedrijf is dit een besparing van €833. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door € 1,51 aan lagere kosten van aankoop voer. De andere uitgaven op procesniveau stegen of bleven gelijk. De niet-toerekenbare variabele kosten (installaties, inventaris, onroerende zaken en algemene kosten) stegen met € 0,09 per 100 kilo melk.
Financiële kengetallen
De 25% beste bedrijven hebben € 29,70 per kilo melk aan uitgaven op procesniveau. Dit is ruim €5 lager dan het gemiddelde. Oftewel zo’n € 65.000 op bedrijfsniveau.
Spreiding in proceskosten
Bij de 25% bedrijven met de hoogste proceskosten, liggen de proceskosten op € 41,50 per 100 kilo melk. Dit ligt € 6,42 boven het gemiddelde.
De uitgaven aan kapitaal en privé stegen met € 0,45 naar € 18,47 per 100 kilo melk. De pacht en leasekosten daalde heel licht, maar de rentelast steeg met € 0,59 naar € 3,94 per 100 kilo melk. De langlopende schulden daalde met € 8.313 naar € 1.172.677 op een gemiddeld bedrijf. Het rentepercentage steeg gemiddeld genomen met 0,66% naar een niveau van 4%. De totale rentelast op een gemiddeld melkveebedrijf nam met € 7.405 toe.
De uitgaven op bedrijfsniveau stegen met € 0,38 per 100 kilo naar een niveau van € 53,55 per 100 kilo melk. Door de overige opbrengsten, omzet en aanwas kwam de kritieke melkopbrengst (KMO) in 2024 op € 45,62 per 100 kilo melk uit. Dit is een daling van € 0,59.
Spreiding Kritieke Melkopbrengt (KMO)
De KMO laat een grote spreiding zien bij de individuele bedrijven. De 25% beste bedrijven hebben een KMO van € 41,47 per 100 kilo melk. De 25% slechtste laten een gemiddelde KMO van € 50,04 per 100 kilo melk zien.
De melkprijs steeg in een jaar tijd van € 47,91 in 2023 naar € 52,44 per 100 kilo melk in 2024. Een stijging van € 4,53 per 100 kilo melk is substantieel. Hierdoor stijgt ook de liquiditeitsmarge naar € 6,82 per 100 kilo melk.
Actuele thema’s in de melkveehouderij zijn onder andere de intensiteit van de sector en de productie per koe. Als we kijken naar de productie per koe, dan zien we in de cijfers geen correlatie tussen productieniveau en liquiditeitsmarge. Bedrijven met een productie tussen 8.000 en 9.000 kilo melk per koe hebben de hoogste liquiditeitsmarge. De bedrijven onder 8.000 en boven 9.000 kilo melk hebben een lagere marge, waarbij de bedrijven met meer dan 10.000 kilo melk per koe het laagst scoren met een marge van € 6,33 per 100 kilo melk.
Liquiditeitsmarge in relatie tot productie per koe
In de intensiteit van de bedrijven zien we ook geen verband met de liquiditeitsmarge. Bedrijven tussen 15.000 en 20.000 kilo melk per hectare hebben de hoogste marge met gemiddeld € 7,51 per 100 kilo melk. De bedrijven met meer dan 20.000 kilo melk per hectare hebben de laagste marge met € 6,06 per 100 kilo melk.
Liquiditeitsmarge in relatie tot intensiteit per hectare
De liquiditeitsmarge is inclusief de vervangingsinvesteringen, waardoor het gemiddelde melkveebedrijf een besparing realiseerde in 2024. Dit is ook zeker nodig gezien de actuele thema’s die op dit moment in de melkveehouderij spelen. Denk aan klimaatwetgeving, afbouw derogatie, inflatie en renterisico.
De gemiddelde resultaten van 2024 laten zien dat de sector voldoende weerstand kan bieden aan de financiële impact van actuele en toekomstige thema’s. De verwachtingen van de zuivelmarkt zijn positief gestemd op basis van de analyses van de WUR. Zij namen diverse factoren mee die invloed hebben op het gebied van de wereldwijde vraag naar – en productie van – zuivel. Dit biedt perspectief mits de verwachtingen van de zuivelmarkt ook daadwerkelijk leiden tot een langjarige melkprijs die de kostprijs dekt. En waarbij sprake is van een goede liquiditeitsmarge, zodat het gemiddelde bedrijf toekomstperspectief heeft.
Meer weten?
aaff is graag overal van betekenis. Wil je sparren over je jaarcijfers of advies en inzicht krijgen in investeringen, resultaten en jouw ambities? Neem dan contact op met een van onze bedrijfsadviseurs.
Tekst: Hans de Bie