
Waarom start de ene koe beter op dan de andere?

De rol van calcium
Na het afkalven stijgt de calciumbehoefte van koeien explosief door de beginnende melkproductie. Als het lichaam deze vraag niet snel kan aanvullen, ontstaan calciumtekorten, die zich uiten in spierzwakte, verminderde voeropname en een verhoogd risico op secundaire problemen zoals baarmoederontsteking. Koeien met een stabiele calciumhuishouding herstellen sneller en beginnen vlotter met melkproductie. Het toedienen van calcium rond het afkalven helpt om de calciumspiegel op peil te houden.
Negatieve energiebalans: energieverbruik versus opname
Een negatieve energiebalans (NEB) ontstaat wanneer een koe meer energie nodig heeft voor melkproductie dan ze via voer binnenkrijgt. Dit dwingt het lichaam om vetreserves aan te spreken, wat kan leiden tot ketose en leverproblemen. Een uitgebalanceerd droogstandsrantsoen, gecombineerd met energierijke supplementen zoals propyleen na het afkalven, kan de voeropname stimuleren en de energiebalans herstellen. Hierdoor komt de koe sneller weer in balans.
Oxidatieve stress: schade door vrije radicalen
Tijdens het afkalven neemt de stofwisseling van een koe sterk toe, wat de productie van vrije radicalen verhoogt. Als deze niet voldoende worden geneutraliseerd door antioxidanten zoals vitamine E en selenium, ontstaat oxidatieve stress. Dit kan cellen en weefsels beschadigen, de weerstand verzwakken en ontstekingen verergeren. Een rantsoen rijk aan antioxidanten helpt deze schade te beperken en ondersteunt een sneller herstel.
Balans in het droogstandsrantsoen
De basis voor een succesvolle start van de lactatie ligt in de droogstand. Bij een goed rantsoen worden kuilgras, maïs, stro en een mineralenmengsel zorgvuldig gebalanceerd. Dit zorgt ervoor dat de koeien alle essentiële voedingsstoffen binnenkrijgen, wat hun weerstand verhoogt en de kans op problemen rond het afkalven verkleint.
Conclusie: goed management maakt het verschil
Het verschil tussen een koe die soepel opstart na het afkalven en een koe die worstelt, wordt grotendeels bepaald door een balans in calciumhuishouding, immuunfunctie, antioxidanten en energiebeheer. Hoewel genetica een rol speelt, ligt een groot deel van het succes in goed management. Een uitgebalanceerd rantsoen tijdens de droogstand, stressvermindering en preventieve maatregelen tegen aandoeningen zoals melkziekte en ketose zijn cruciaal. Dit verhoogt niet alleen de melkproductie, maar ook het welzijn en levensduur van de melkkoeien.