Meerderheid Kamer steunt tijdelijke opkoopregeling
„Als veehouders besluiten om op vrijwillige basis hun productierechten definitief door te halen in ruil voor een vergoeding, kan dit worden gezien als een partiële beëindigingsregeling”, stelt de motie, die ondertend was door VVD, CDA, NSC, CU, GroenLinks/PvdA, D66, SGP en BBB. De motie ‘verzoekt de regeging om voor één maart [deze] beëindigingsregeling uit te werken in samenhang met de aangekondigde brede beëindigingsregeling’.
Harm Holman stelde dat de afroming van dierrechten, waar de minister op inzet om de mestproductie te verlagen, weinig effect zal hebben. „We zien dat bepaalde delen van de sector hun verantwoordelijkheid willen pakken, maar dat dit nog niet tot uitvoering komt”, zei hij. Tegelijkertijd is de melkprijs wel vijftien cent hoger dan een jaar geleden, zag hij, en dan ligt het voor de hand dat de sector zelf ook bijdraagt aan de oplossing van zijn eigen probleem. „Met één cent melkgeld komt er al 140 miljoen beschikbaar.” Daarom heeft zijn partij de motie ondertekend.
Eline Vedder wees erop dat de sector de invoering van de fosfaatrechten nog aan het verhapstukken is. „Dat daar nu beweging is ontstaan, is veelzeggend over de urgentie en de omvang van het mestprobleem.” Net zo veelzeggend, zei ze, was het feit dat een brede vertegenwoordiging van de Kamer de motie om deze regeling te ondersteunen, mede heeft ondertekend. „Ik wil de minister dus aanmoedigen om hiermee voortvarend aan de slag te gaan.”
Volgens Vedder is er maar één manier om te zorgen dat bedrijven straks niet omvallen, en dat is als de overheid samen met de sector hierover de regie neemt.
Goedkeuring Brussel vereist
Minister Wiersma maakte de sector een compliment omdat die zelf met een voorstel is gekomen. Ze stond dan ook sympathiek tegenover de motie, zei ze. Maar ze kon nu geen budget toezeggen: over dergelijke zaken besluit de regering pas in het voorjaar. „En ook zal de Europese Regering deze regeling moeten goedkeuren.”
Op dat laatste punt zag Thom van Campen (VVD) geen probleem. „De Europese Commissie wil dat we ons houden aan de Nitraatrichtlijn”, zei hij. „En aan de Kaderrichtlijn Water, en aan de Vogel- en Habitatrichtlijn. Ik denk dus dat de Europese Commissie goed zou moeten meeluisteren en het belang van snelheid van de verificatie van dergelijke regelingen zeker zou moeten inzien.”
Geen vertrouwen in innovaties
De regering zet bij veel onderwerpen in op innovatie, ook om de mestcrisis en de stikstofcrisis op te lossen. De Kamer - ook de coalitiepratijen VVD en NSC - hebben er echter niet veel vertrouwen in dat dit tijdig voor een oplossing zal zorgen. Een meerderheid van de Kamer stemde in met een motie van NSC en VVD, die benadrukte dat de mestcrisis urgent is en op korte termijn om oplossingen vraagt, en die de minister vraagt om duidelijk te maken welke innovaties gaan bijdragen aan een emissiereductie per dierlike sector, hoeveel die gaan bijdragen en wanneer dat gebeurt. Minister Wiersma moest erkennen dat ze niet op voorhand kan zeggen hoeveel resultaat die processen zullen hebben. „Ik kan op dit moment geen uitputtend overzicht geven van die innovaties”, stelde ze. „Wel kan ik een zorgvuldige onderbouwing geven van [...] wat er op basis van de laatste inzichten mogelijk is.”