23 nieuwe maïsrassen op de Aanbevelende Rassenlijst 2025
De rubriek met zeer vroege en vroege snijmaïsrassen wordt komend jaar uitgebreid met vier nieuwe rassen. Op de lijst met middenvroege en middenlate rassen staan in 2025 tien nieuwe rassen.
De rassenlijst vermeldt belangrijke kenmerken van de maïsrassen, zoals hun score voor stevigheid, vroegheid, droogtetolerantie, drogestofopbrengst, voederwaarde (VEM), zetmeelgehalte, maiskopbrand tolerantie (Sphacelotheca reiliana) en het aantal jaren waarin onderzoek naar het ras is gedaan. Ook worden rassen opgenomen waarvoor al meerjarig onderzoek is verricht, maar die nog niet op de aanbevolen lijst staan.
Onderzoek en beoordeling
Het onderzoek naar de maïsrassen wordt uitgevoerd door Wageningen Livestock Research (Lelystad) en Wageningen Plant Research Open Teelten (Lelystad). De Raad voor Plantenrassen is verantwoordelijk voor de kwaliteit van het onderzoek en de juistheid van de resultaten. Deze raad beslist tevens over de toelating van rassen op de Nationale Lijst, op basis van de resultaten van het DUS-onderzoek (onderscheidbaarheid, homogeniteit en bestendigheid) en het CGO-onderzoek (cultuur- en gebruikswaardeonderzoek).
Het CGO, waarbij een ras wordt getest op landbouwkundige waarde, wordt collectief gefinancierd door kwekers en, voor sommige gewassen, ook door telers en de verwerkende industrie. De CSAR (Commissie Samenstelling Aanbevelende Rassenlijst) houdt toezicht op de kwaliteit en uitvoering van het onderzoek voor de Aanbevelende Rassenlijst en bepaalt de samenstelling van deze lijst.
Tekst: Stefan Buning
Geboren en getogen op een melkveebedrijf in de Achterhoek. Sinds 1998 werkzaam als redacteur bij Agrio. Als chef Melkvee is hij samen met zijn team verantwoordelijk voor het kritisch volgen van alles wat er in en om de melkveehouderij in Nederland gebeurt.
Beeld: Quinton Hermsen
Bron: CSAR