‘Nog meer regels? Er is nog veel werk te verzetten in Brussel’
Het leuke is dat we in Brussel ook Statenleden uit andere provincies tegenkomen. Vooraf konden we aangeven bij welke deelsessie we aan willen sluiten. Ik heb gekozen voor landbouw en milieu. Ik tref een zaal vol met ongeveer 400 mensen, en een panel op het podium bestaande uit een dame van een natuurorganisatie, een wetenschapper, de voorzitter van LTO Nederland en een dame die namens LVVN de lobby verzorgt in Brussel.
Allerlei donderwolken trekken samen in mijn hoofd. Wat denk die kerel wel niet?
Op een scherm worden een aantal stellingen weergegeven.De wetenschapper begint zijn betoog met het vragen om meer regels voor plantaardig eten. „Want vlees is zo milieubelastend.” Ik trek mijn wenkbrauwen, huh hoor ik dit goed? Met mijn mega gehoorverlies begin ik toch te twijfelen aan mijn eigen gehoor.
Twee stellingen verder, pleit de wetenschapper opnieuw voor meer regels vanuit de EU voor meer plantaardig eten, want dierlijke eiwitten belasten het milieu te erg. Allerlei donderwolken trekken samen in mijn hoofd. Wat denk die kerel wel niet? Hij onderbouwt zijn verhaal niet met cijfers en verwijst niet één keer naar een wetenschappelijk onderzoek. Elke voedingsdeskundige weet dat dierlijke eiwitten veel beter worden opgenomen in ons lichaam (beter verteerd). En dat opgroeiende kinderen, ouderen met minder voedselopname en zeker zieke mensen niet zonder kunnen. Dierlijke eiwitten zijn immers compleet qua aminozuren, plantaardige eiwitten niet. Plus dat je meer plantaardig eiwit moet eten, om een goede hoeveelheid eiwitten binnen te krijgen. Mede doordat het menselijk lichaam deze slechter kan verteren.
Ik vraag de wetenschapper waar hij zich mee bemoeit
Ik vraag deze wetenschapper hoe hij erbij komt, om nog meer regels op te leggen. Terwijl de regeldruk al enorm is. En waar hij zich mee bemoeit. Het is immers een keuzevrijheid wat je eet: vlees, vis, vegetarisch of veganistisch, het is jouw keuze. En als de consument zijn of haar koopgedrag aanpast, dat de producent daar vanzelf op in zal spelen. Het gaat immers om marktwerking, om vraag en aanbod. Ik krijg een heel verhaal terug, wederom zonder onderbouwing. Oftewel weer zo’n hapsnap verhaal waar ik niks mee kan.
Nederland heeft 130 extra stoffen boven op de Europese norm toegevoegd
De volgende stelling heeft betrekking op de Kaderrichtlijn Water (KRW). Nu komt de voorzitter van LTO Nederland, Ger Koopmans, aan het woord. Ger staat daar heel rustig en op zijn gemak te vertellen dat er een groot misverstand bestaat inzake de KRW. Iedereen heeft de mond vol dat we voor 2027 schoon water moeten hebben. „Maar we hoeven helemaal niet voor 2027 aan de eisen uit de KRW te voldoen”, stelt Koopmans. Het enige wat Brussel vraagt, is dat we voor 2027 een plan van aanpak opstellen hoe we de waterkwaliteit gaan verbeteren. „En”, zegt Ger erbij, „Nederland heeft 130 extra stoffen boven op de Europese norm toegevoegd aan de KRW.” De grote vraag is dus: gaat het ons lukken om tot een plan van aanpak te komen? En voor al deze stoffen onder de gestelde normen te komen? Sommige in de zaal vinden dat er te weinig aan wordt gedaan, terwijl juist de gepresenteerde grafieken laten zien dat de waterkwaliteit elk jaar verbetert en dat het echt wel vooruitgaat.
Ik vind het niet kunnen dat een wetenschapper daar op het podium politiek staat te bedrijven
Na afloop van de deelsessie komen er verschillende mensen mijn kant op, om te zeggen dat ik goede vragen stelde. We halen onze jassen op en lopen naar de andere kant van het gebouw. De gespreksleider van het panelgesprek bedankt mij nog voor de interessante discussie. Ik vraag hem waar ze de wetenschapper vandaan hebben gehaald. Ik vind het namelijk niet kunnen dat een wetenschapper daar op het podium politiek staat te bedrijven. De gespreksleider vond het wel meevallen. Ik leg hem uit dat de Statenleden hier zijn gekomen, om te kijken hoe een en ander in Brussel functioneert en wat er in de EU allemaal gebeurt. Ze zijn niet gekomen om naar een politiek gekleurd verhaal te luisteren. Tijdens een verkiezing verwacht je dat wel, maar nu niet.
Ondertussen is mij wel één ding duidelijk geworden: er is nog veel werk te verzetten in Brussel. Niet alleen qua eten, dat nu alleen uit witbrood zonder zuivel bestond, maar vooral qua lobby. Dat moet echt vele malen BBBeter.
Ingrid de Sain, melkveehouder in Schellinkhout en fractievoorzitter van de BBB in Noord-Holland, op persoonlijke titel.
Tekst: Ingrid de Sain
Beeld: Ellen Meinen