Derogatiebedrijven helpen kabinet een handje: ‘Nitraatconcentratie daalt naar op of onder de norm’
Elk jaar rapporteren het RIVM en Wageningen Economic Research over de gegevens die zijn verzameld in het derogatiemeetnet aan de Europese Commissie. Een steun in de rug voor landbouwminister Femke Wiersma, die van de nieuwe coalitie de taak heeft gekregen om in Brussel te lobbyen voor een nieuwe derogatiebeschikking. De slechte waterkwaliteit (overigens ook van oppervlaktewater) is de belangrijkste reden om de huidige uitzonderingspositie voor het extra uitrijden van mest ten opzichte van andere landen in Europa af te schaffen.
Zuiden en oosten zitten op de norm
De onderzoekers achter het meetnetwerk bekijken per grondsoortregio de concentraties. De WUR schrijft dat in alle gebieden de nitraatconcentratie is gedaald. ‘De nitraatconcentratie in de zuidelijke en oostelijke zandgebieden is in 2023 gedaald naar 50 milligram per liter (mg/l). In het noordelijk zandgebied steeg de nitraatconcentratie naar 26 mg/l in 2023 en bleef daarmee onder de norm. De nitraatconcentratie in de Kleiregio daalde al een aantal jaar en is in 2023 met 17 mg/l op het niveau van het gemiddelde over de periode 2007-2022. In de Lössregio daalde de concentratie licht naar 43 mg/l in 2022. In de Veenregio werden de laagste concentraties gemeten, gemiddeld 10 mg/l in 2022.’
Individueel moeten sommige bedrijven nog wel aan de bak. ‘In de zuidelijke en oostelijke zandgebieden had het grondwater op 43 procent van de bedrijven een concentratie hoger dan 50 mg/l. In de Lössregio gold dat voor 41 procent van de bedrijven. Bij het noordelijke zandgebied, Klei en Veen had respectievelijk 10, 7 en 2 procent van de bedrijven een gemiddelde concentratie boven de norm.’
Nat weer
Het kost tijd voordat de effecten van de landbouwpraktijk en het weer terug te zien zijn in de metingen van de waterkwaliteit, schrijft de WUR op de eigen website. ‘In de derogatierapportage over 2022 zijn daarom de gegevens van de landbouwpraktijk van 2022 en de resultaten van de waterkwaliteitsmetingen van 2023 opgenomen. Voor de Lössregio waren de resultaten voor 2023 nog niet beschikbaar.’
Het weer heeft grote invloed op de uitspoeling van stikstof in de vorm van nitraat. ‘Ondanks een droog voorjaar en zomer werd het in het najaar van 2022 (het jaar vóór het meetjaar 2023) relatief nat. In deze periode spoelt de meeste nitraat uit en door veel neerslag kan de concentratie nitraat door verdunning afnemen. Ook breekt nitraat onder natte omstandigheden beter af. Er komt dan minder nitraat in het grondwater.’
Meetnet blijft bestaan
Uit het meetnet kwam ook naar voren dat het mineralengebruik uit dierlijke mest onveranderd is in 2022 ten opzichte van 2021. In beide jaren was de bemesting via dierlijke mest 228 kilogram stikstof per hectare. De derogatiebedrijven realiseren in 2022 wel een hogere stikstofproductie ten opzichte van 2021, maar dit wordt gecompenseerd door een lagere aanvoer, een voorraadtoename en een hogere afvoer. De WUR maakte dit bericht over de cijfers vanuit het meetnetwerk, met ook nog gegevens over de snijmaïs- en graslandopbrengsten in 2022. Hoewel derogatie vooralsnog dus wordt afgebouwd, blijft het meetnet wel bestaan, meldt de WUR.