Bemestingsadvies voor koper naar beneden
In de meeste situaties is koperbemesting niet nodig en zelfs ongewenst. Op basis van alle beschikbare informatie adviseert de CBGV om koperbemesting alleen toe te passen op percelen waar vee graast dat geen krachtvoer of andere aanvullende mineralen krijgt, waar het kopergehalte in de bodem laag is, en waar al meerdere jaren geen dierlijke mest is toegediend. Het advies is om maximaal 6 kilo koper per hectare toe te dienen over een periode van 4 jaar, zowel voor grasland als voor maïsland.
0,5 kilo per hectare
De koperaanvoer in Nederlandse graslandbodems wordt grotendeels verzorgd door drijfmest. Over het algemeen wordt aangenomen dat de aanvoer van koper via drijfmest hoog genoeg is om te voorzien in de behoefte van het gras. In het Handboek Bodem en Bemesting staat vermeld dat er gemiddeld 11 gram koper per ton rundveedrijfmest zit. Bij een gift van 60 kuub per hectare rundveedrijfmest per jaar op grasland, is de aanvoer ruim 0,5 kilo per hectare.
Na het vervallen van de derogatie in 2026 blijft er ruimte voor ongeveer 40 kuub per hectare, wat een aanvoer van ruim 0,4 kilo per hectare betekent. Het meerjarengemiddelde kopergehalte in graskuilen ligt rond de 7 milligram per kilogram droge stof. Bij een opname van 10 ton droge stof per hectare per jaar wordt er dan 70 gram koper opgenomen. Daarmee wordt de onttrekking door het grasland ruim aangevuld met de aanvoer via drijfmest.
Essentieel voor stofwisseling
Het vorige advies voor koperbemesting op grasland, zoals vermeld in de Adviesbasis Bemesting van de CBGV, was gericht op graslandsituaties met lage kopergehaltes in de bodem. Voor graslandbemesting is het belangrijk dat er voldoende koper beschikbaar is voor de groei en ontwikkeling van het gras, maar ook dat het gehalte in zowel bodem als gras niet te hoog wordt, aangezien in veel gebieden het kopergehalte in oppervlaktewater boven de toegestane norm ligt.
Koper is essentieel voor de gewasgroei en -ontwikkeling van zowel planten als dieren. In gras speelt koper een belangrijke rol bij onder andere fotosynthese, ademhaling en het metabolisme van koolstof en stikstof. Dieren hebben koper nodig omdat het een actief bestanddeel is van enzymen die betrokken zijn bij stofwisselingsprocessen. Koper speelt onder andere een rol bij bloedvorming, pigmentvorming en de ontwikkeling van haren.
Zie voor meer informatie het Bemestingsadvies voor koper op grasland.
Tekst: Stefan Buning
Geboren en getogen op een melkveebedrijf in de Achterhoek. Sinds 1998 werkzaam als redacteur bij Agrio. Als chef Melkvee is hij samen met zijn team verantwoordelijk voor het kritisch volgen van alles wat er in en om de melkveehouderij in Nederland gebeurt.
Beeld: Ruth van Schriek
Bronnen: Commissie Bemesting Grasland, Voedergewassen