Versoepeling regels gewasbeschermingsmiddelen in soja-land Brazilië
Gewasbescherming op de markt krijgen en houden, vergt een lange adem. Zeker in de EU. Het kost Europese firma’s gemiddeld tien jaar om een actieve stof te ontwikkelen en de veiligheid ervan te bewijzen. Sinds glyfosaat een nieuwe markttoelating kreeg, dringt men uit verschillende hoeken erop aan om de procedure nog strenger te maken.
Versoepelen
In Brazilië gebeurt juist het omgekeerde. Daar wil landbouwminister Blairo Maggi, zelf een grote soja-producent, de ingewikkelde en gemiddeld acht jaar durende toelatingsprocedure behoorlijk verkorten en versoepelen. Nu beoordelen drie instanties een eventuele toelating van een middel: het landbouwministerie (MAPA) beoordeelt de werkzaamheid van het middel, het milieu-instituut (IBAMA) de effecten op het milieu en het gezondheidsagentschap (Anvisa) de mogelijke effecten voor de volksgezondheid.
Slechts twee jaar
Een speciale parlementscommissie stelt voor dat de hele toelatingsprocedure voortaan binnen twee jaar moet zijn afgerond. Ook moet het landbouwministerie voortaan als enige beoordelaar fungeren. Gewasbeschermingsmiddelen zouden alleen verboden worden als het gebruik een onacceptabel risico oplevert. Bij overschrijding van de termijn van twee jaar kan het Braziliaanse ministerie van landbouw een tijdelijke toestemming verlenen als het middel in minstens drie OESO-landen is toegelaten.
Commotie
Landbouwers juichen de nieuwe wet toe omdat gewasbeschermingsmiddelen hierdoor veel sneller zullen worden toegelaten. Anvisa, IBAMA, nationale gezondheidsinstellingen en het instituut voor de voedselveiligheid zijn fel tegen. Volgens hen is de wet uitsluitend in het voordeel van de fabrikanten van gewasbeschermingsmiddelen. Brazilië is met een jaarlijks gebruik van 400.000 ton gewasbeschermingsmiddel de grootste gebruiker ter wereld. Het is onduidelijk, mocht de versoepelingswet doorgevoerd worden, welke consequenties dit zal hebben op de export van soja naar Europa.
Tekst: Broer de Boer
Groeide op in de NOP, op een gemengd landbouwbedrijf. Na de HAS startte hij in 1980 bij de varkens K.I. Tien jaar later ging hij naast deze baan voor Agrio schrijven. Zijn landbouwkundige en technische kennis gebruikte hij vanaf 1996 als redacteur voor TNO en andere uitgevers. Sinds 2015 is hij weer actief als redacteur voor Pig Business.
Beeld: Ruth van Schriek
Bron: Vlaams infocentrum land- en tuinbouw