Melkaanvoer Nieuw-Zeeland krimpt

Nieuw-Zeeland is een belangrijke speler op de wereldzuivelmarkt. De verwachte daling is voornamelijk te wijten aan een krimpende veestapel – van 6,7 miljoen koeien op de top in 2014, naar krap 6,1 miljoen nu – en de kortetermijneffecten van het El Niño-weerpatroon. Dat zorgt voor wisselende weersomstandigheden met meer regenval en perioden van droogte.

Hoge schuldenlast

Bovendien kampt de zuivelsector met dalende inkomsten en hoge schuldenlasten, waardoor veel melkveehouders onder grote financiële druk komen te staan. Het macro-economische klimaat in Nieuw-Zeeland stelt melkveehouders en zuivelproducenten voor aanzienlijke uitdagingen. De verhoogde rentetarieven zorgen voor toenemende kosten voor rente en aflossingen. Die maken nu bijna 19 procent uit van de kostprijs per kilo ‘milk solids’ (vet en eiwit), zoals de Nieuw-Zeelanders rekenen. Daarnaast lopen de inputkosten op, vooral voor voer en kunstmest.

Roer omgooien

Tegelijkertijd moeten zuivelverwerkers het roer omgooien, omdat ze minder melkpoeder naar China kunnen exporteren. Dat land wordt steeds meer zelfvoorzienend voor melkpoeder en is intussen zelfs exporteur geworden van vol melkpoeder. Zuivelverwerkers stappen nu over van de productie van melkpoeder naar producten met meer toegevoegde waarde, zoals boter, kaas en room. Gunstig is wel dat een vrijhandelsovereenkomst tussen Nieuw-Zeeland en China ervoor heeft gezorgd dat de invoerrechten op Nieuw-Zeelandse zuivelproducten sinds januari zijn verlaagd tot nul.

Ook elders in de wereld doet Nieuw-Zeeland goede zaken. In mei was het wereldwijde exportvolume van Nieuw-Zeelandse zuivelproducten met 5 procent gestegen vergeleken met dezelfde periode vorig jaar, ondanks geringere exportvolumesvan kaas en boter. Deze groei onderstreept de inspanningen van de sector om zijn productie te diversifiëren over meerdere inkomstenstromen met toegevoegde waarde.

Ruim een koe per Kiwi

In eigen land neemt de consumptie van zuivelproducten geleidelijk toe, gedreven door de bevolkingsgroei en een toenemend bewustzijn van de gezondheidsvoordelen. Hoewel de binnenlandse consumptie relatief klein blijft, draagt deze gestage groei positief bij aan de totale vraag naar zuivelproducten in Nieuw-Zeeland. Niettemin blijft Nieuw-Zeeland het land met spreekwoordelijk meer koeien dan inwoners. Met een bevolking van 5,1 miljoen mensen staat er nog steeds meer dan 1 koe tegenover elke Kiwi.