Rundveehouders in de toekomst verplicht IBR en BVD te bestrijden

Infectieuze Bovine Rhinotracheïtis (IBR) is een algemeen voorkomende virusziekte met een negatieve impact op de diergezondheid en het dierenwelzijn. IBR leidt op getroffen bedrijven tot een aanzienlijke economische schade. Zonder wettelijk bestrijding van IBR is het moeilijk, zo niet onmogelijk, om als land volledig IBR-vrij te worden, stellen Holman en Vedder in de motie.

‘De sector spant zich al twintig jaar in om IBR uit te bannen. Daarin zijn ze redelijk succesvol, maar voor het volledig uitbannen van dit virus is een wettelijke verplichting voor het bestrijden van IBR de enige optie’, stellen beide politici in de motie. De Tweede Kamer was unaniem in het aannemen van deze motie.

BVD-dragers verplicht opsporen

BVD is een virus wat zich onderscheidt van andere virussen, doordat er zogenaamde 'dragers' voorkomen. Dragers zijn dieren die zijn geïnfecteerd op het moment dat ze nog in de baarmoeder zaten. Wanneer de foetus tijdens deze periode wordt geïnfecteerd, herkent het afweersysteem niet dat dit virus kwaadaardig is. Het foetale afweersysteem ziet dit virus dus als lichaamseigen en zal dus nooit antistoffen tegen dit virus gaan maken. Dragers blijven dus hun hele leven lang het virus dragen en uitscheiden. Deze dragers zullen dus altijd infectieus blijven voor andere (volwassen) dieren.

Voor het uitbannen van Bovine Virus Diarree (BVD) vragen Holman en Vedder niet om een wettelijk verplichting tot het bestrijden van BVD, maar om een wettelijke verplichting voor bedrijven met melkvee, vleesvee en natuurgrazers, hobbydierhouderijen en dierentuinen waar BVD-antistoffen (in tankmelk of jongvee) worden aangetroffen BVD-dragers op te sporen en af te voeren. Het liefst voor 1 januari 2026 of anders zo spoedig mogelijk.

Grote winst diergezondheid

Het aantal dragers op melkveebedrijven is de laatste jaren sterk afgenomen, maar kan alleen volledig worden uitgebannen wanneer rundvee- en hobbydierenhouders meewerken aan het opsporen en afvoeren van BVD-dragers. Het terugdringen en uiteindelijk uitbannen van BVD zorgen volgens Holman en Vedder voor een grote daling van het antibioticagebruik in de keten, draagt bij aan een hogere diergezondheid en leidt tot een daling van de kalversterfte.

In dezelfde motie vragen Holman en Vedder om een verbod op de handel in dieren die het BVD virus bij zich dragen. De motie is met een grote meerderheid van stemmen aangenomen, alleen Forum voor Democratie stemde tegen de motie.